04-01-2018

Het Utrechts Kinderkoor staat zondag 7 januari 2018 in TivoliVredenburg voor Weekend Opera Utrecht. Het gezelschap voert ’s middags om 14.30 uur in de Grote Zaal van TivoliVredenburg de opera ‘Tosca’ van Puccini uit.

In het zanglokaal in het ZIMIHC theater aan de Bouwstraat hangen de posters van de vorige edities van Weekend Opera Utrecht, waaraan het Utrechts Kinderkoor meedeed, aan de muur. De opera’s Carmen, Turandot en Otello.

Vorig jaar, tijdens de vijfde editie van Weekend Opera Utrecht, werd Jevgeni Onegin van Tsjaikovski uitgevoerd in een volle Grote Zaal. In deze winteropera was geen kinderkoor nodig.

Zondagmiddag zingen 25 kinderen tussen 10 en 18 jaar mee met Puccini’s Tosca. In één weekend studeren het symfonieorkest van Weekend Opera Utrecht, het Nederlands Concertkoor en het Utrechts Kinderkoor de bijna drie uur durende opera, onder leiding van dirigent Jan van Maanen, in. Tijdens Weekend Opera Utrecht voeren professionele musici en topsolisten, toegewijde amateurs en een ervaren verteller een opera uit.

„We moeten goed opletten wanneer we moeten inzetten. We zingen af en toe een regeltje, dat is best wel lastig. Als we zingen, moeten we gaan staan. Daarna kunnen we weer zitten”, legt Jasmijn Veraart (17), één van de deelnemers van het Utrechts Kinderkoor, uit.

Samen met onder anderen Luna van Oorschot (10), Iris van den Ende (10), Isar de Wilde (11) en Niels de Groot (18) zingt Jasmijn zondag voor zo’n 1.700 man in de Grote Zaal in TivoliVredenburg. De tieners, die twee keer per week muziekles krijgen van docente Thea Bakker (de drijvende kracht achter het Utrechts Kinderkoor) zijn erg muzikaal. De meesten bespelen ook een instrument. Zingen is hun passie. „Ik kan niet tegen de stilte”, zegt Iris, die blokfluit speelt, op de vraag waarom ze muziek zo leuk vindt. „Ik zing thuis vaak liedjes die in m’n hoofd zitten.”

Docente Thea Bakker benadert zingen als het bespelen van een instrument. „Op veel kinderkoren wordt vaak alleen maar gezongen. Op het Utrechts Kinderkoor is het niveau hoger. Er is aandacht voor solfège – training van het muzikale gehoor – en stemvorming, ze leren noten lezen en worden onderwezen in hun houding op het podium. Je moet een liedje ook leuk kunnen aankleden”, zegt Bakker.

Niels, die al zo’n tien jaar op het Utrechts Kinderkoor zit, vindt ‘het vet om samen met veel mensen iets neer te zetten’. „Ik houd ook van de meerstemmigheid.” Thuis luistert hij niet alleen naar klassieke muziek, maar ook naar de rockmuziek van Red Hot Chilli Peppers, Foo Fighters of Nirvana. Ook Jasmijn, die eerder zong bij de Kathedrale Koorschool, vindt het fijn om samen te zingen. „Ik ben een kuddedier”, omschrijft ze zichzelf. „Het is fijn dat je door muziek met elkaar verbonden wordt.”

In Tosca – een opera over hartstocht, jaloezie, moord en fatale zelfmoord – hoeft het kinderkoor niet zo heel veel te zingen. „Het zijn vooral korte Italiaanse zinnen. Verder moeten we kreten schreeuwen. Het lied van de herdersjongens zingen we als koor gezamenlijk. Dat is een belangrijk stuk. Al met al zingen we zo’n tien minuten in de opera”, vertelt Thea Bakker. Om de opera in te studeren gaat het kinderkoor zaterdagmiddag repeteren in TivoliVredenburg, zondagochtend is er dan nog een doorloop.

Is drie uur niet een lange zit? Ja, dat vinden de kinderen van het kinderkoor ook. Iris had een keer een boek meegenomen om de tijd te doden. Spelletjes spelen op de telefoon is verboden. Wel deelde Thea Bakker een vorige keer snoepjes uit. Maar hoe haal je het snoepje uit het papiertje als dat knispert?

Lees in AD

© Angeliek de Jonge