Amerikaanse opera’s in de 21e eeuw (deel 5)
Jake Heggie is één van de grote Amerikaanse componisten van deze tijd. Zijn opera ‘Three Decembers’ ging op 29 februari 2008 in première in Houston.
‘Three Decembers’ is de vierde opera van Jake Heggie (1961). Na ‘Dead Man Walking’ (2000, San Francisco) op libretto van Terrence McNally met Susan Graham en Frederica von Stade en gedirigeerd door Patrick Summers, ‘The End of the Affair’ (2004, Houston) met Teddy Tahu Rhodes, Cheryl Barker en ook gedirigeerd door Patrick Summers, de eenakter ‘To Hell and Back’ (2006) met Isabel Bayrakdarian en Patti LuPone was zijn vierde opera ‘Three Decembers’ en zag op 30 april 2010 zag zijn vijfde opera ‘Moby Dick’ het daglicht in Dallas.
‘Three Decembers’ was opnieuw een opdracht van de Houston Grand Opera en was de 38ste wereldpremière van de Houston Grand Opera. Het libretto van de opera was in twee akten geschreven door Gene Scheer, gebaseerd op het toneelstuk ‘Some Christmas Letters’ van – opnieuw – Terrence McNally, bekend van het toneelstuk ‘Masterclass’. Het verhaal gaat over de stormachtige, emotionele levens van de actrice Madeline Mitchell en haar twee volwassen kinderen Bea en Charlie. Hun gevecht om elkaars aandacht en liefde wordt gevolgd gedurende drie decembermaanden in drie verschillende decennia van hun leven. Laag voor laag worden teleurstellingen afgepeld. Een ontbrekende vader, een zoon die worstelt met een zieke partner, een dochter met een overspelige man. Het thema is – zoals in alle Heggie toneelwerken – “identiteit”. Het ontroerende verhaal is gestroomlijnd en bezit een grote omvang aan eenvoudige emoties. De opera heeft ook een autobiografische component, want ook de vader van Heggie pleegde -toen de componist tien jaar oud was – zelfmoord. Heggie schreef de muziek in een half jaar tijd. Zijn muziek is veilig, toegankelijk en melodisch en houdt het midden tussen musical en dansmuziek. De instrumentatie is intiem met een 10-koppige ensemble inclusief twee piano’s, die op deze opname van de wereldpremière gespeeld worden door Heggie en Patrick Summers. De rol van Madeline wordt gezongen door de mezzosopraan Frederica von Stade – “Flicka”, Heggie’s muze – en is haar op het lijf geschreven. Ze is een genot om naar te luisteren en ze straalt hoorbaar. De sopraan Kristin Clayton als Bea en de bariton Keith Phares als Charlie zetten overtuigend hun personages neer en zingen schitterend. En opnieuw geeft “Heggie-expert” Patrick Summers als dirigent en pianist leven aan Heggie’s onderhoudende muziek. (Albany Records TROY 1073 / 74)