© Opera Narodow
Warschau, 4 december 2014

Opera Narodow viert Pools-Joodse herbeleving

De Opera Narodow van Warschau draagt met zijn programma bij aan de toenemende herbeleving van de Joodse cultuur van Polen. Er is een toenemend enthousiasme in Polen om de Joodse erfenis van het land uit de schaduw te halen. Deze herontdekking van het Joodse Polen en wederopstanding van dit Joodse leven maakt grote indruk.

Een teken hiervan is het nieuwe Historisch Museum van de Poolse Joden ‘Polin’ in Warschau. ‘Polin’ werd op 28 oktober 2014 geopend. Het project kostte $120 miljoen en bestrijkt ruim 5000 vierkante meter. Het indrukwekkende gebouw van glas en koper bevat acht gallerijen, waarvan niet meer dan één verslag doet van de Holocaust. Tijdens de Holocaust werd 90% van de 3,3 miljoen vooroorlogse, Poolse Joden vermoord. Hiervan verbleven 440.000 vanaf 1940 in de ghetto van Warschau tot de opstand in de ghetto tegen de Nazi’s in 1943. Het museum staat tegenover het monument van die ghetto opstand. Voor wie Warschau bezoekt is dit museum – met een uitstekend Kosher restaurant – een absolute must!

In het Theater Wielki presenteerde de Opera Narodow op 27 oktober 2014 een concert ter inauguratie van dit museum. Tijdens het concert werden werken van Pools-Joodse componisten als Alexander Tansman and Karol Rathaus gespeeld. Verder brengt de Opera Narodow dit seizoen vier voorstellingen van de opera ‘The Merchant of Venice’ van de Pools-Joodse componist André Tchaikowsky (1935-1982) en ook de opvoeringen van ‘Nabucco’ van Verdi tonen het profiel van het theater, dat de Joodse geschiedenis belicht.

De Opera Narodow speelt de productie van ‘Nabucco’ sinds 1992. De traditionele enscenering van Marek Weiss concentreert zich op grootse tableaux in koper- en goudkleuren van de bekende Poolse ontwerper Andrzej Kreutz Majewski. In de eerste akte verschijnen Vijf levende paarden verschijnen ten tonele in de eerste akte te midden van goudkleurige bomen en in de derde akte akte is een gigantische trap met een gouden beeld van Baal.

Muzikaal is deze ‘Nabucco’ dit seizoen niet erg aanzienlijk. De Pool bariton Mikołaj Zalasiński heeft voor de titelrol het geschikte geluid voor een Verdi-partij, maar weet niet voortdurend de juiste noten te treffen. De Koreaanse Lilla Lee is een lyrische sopraan die zich in het dramatische vak perst en helaas nauwelijks adequaat de coloraturen zingt. Een genot is daarentegen de Poolse bas Rafał Siwek, die opvalt met zijn profundo geluid en energieke inzet, ook in de hoge noten. De dirigent Andriy Yurkevych wakkert het vuur helaas niet aan, maar het het Chór Opery Narodowej zingt het “Va, pensiero” – het lied van de Joodse slaven – met uiterste nauwkeurigheid.

En de entourage maakt veel goed. Het Theater Wielki – dat door de Nazi’s werd gebombardeerd en in 1965 werd herbouwd op initiatief van Arnold Szyfman, een Poolse Jood die in 1913 het Poolse Theater van Warschau had opgericht – ademt de Poolse geschiedenis en viert met zijn repertoire het muziek- en theaterleven van het land.