***** Emily Herring – Henri Bergson
De Franse filosoof en Nobelprijswinnaar voor Literatuur Henri Bergson (1859-1941) was begin 20e eeuw één van de beroemdste mensen ter wereld. Zijn colleges waren enorm populair en honderden studenten en geïnteresseerden verdrukten zich om erbij aanwezig te zijn. Daarnaast speelde Bergson een diplomatieke rol in de Eerste Wereldoorlog en werd hij door presidenten uitgenodigd om zijn inzichten te delen.
“Ik heb altijd verlangd dat men mijn persoonlijke leven links laat liggen,” stelde Bergson. Hij gaf zijn echtgenote dan ook de opdracht zijn ongepubliceerde werk – inclusief brieven en collegedictaten – na zijn dood te vernietigen. Dit had tot gevolg dat er nog nooit een beschrijving van Bergsons leven in de vorm van een biografie was samengesteld. De Britse schrijfster Emily Herring nam als eerste het initiatief daartoe met haar boek ‘Herald of a Restless World’ (2024), dat nu in een Nederlandse vertaling van Henk Moerdijk is verschenen als ‘Henri Bergson; Een biografie’.
Het doel van ‘Henri Bergson’ is volgens Herring te benadrukken hoe diepzinnig, interessant en belangrijk Bergson was. Het boek is niet bedoeld als inleiding tot de filosofie van Bergson, maar Herring ontkomt er niet aan een groot aantal van Bergsons belangrijkste ideeën te introduceren, aangezien zijn filosofie cruciale momenten in zijn levensreis markeert.
Bergson was de filosoof van verandering en creativiteit en verzette zich onder andere tegen het wetenschappelijke denken van zijn tijd. De belangrijkste sleutelbegrippen in zijn filosofie zijn die van Durée en het Élan vital. Bergson vond het idee dat tijd bestaat uit individuele momenten (minuten, uren) te ruimtelijk. Volgens hem is de daadwerkelijke tijdsbeleving veel rijker dan dit uurwerk. Momenten vloeien in elkaar over, als kleuren in een spectrum. Bovendien beïnvloeden deze momenten elkaar voortdurend. Dit alternatieve concept van tijd noemde hij Durée. Volgens Bergson kon bewustzijn ook het best begrepen worden in de context van Durée.
Ook evolutie volgt geen vaststaand patroon, maar is een proces van voortdurende verandering waarin steeds iets nieuws kan ontstaan, aldus Bergson. Hij noemde de drijvende kracht achter deze evolutie Élan vital, een niet-mechanische, creatieve impuls achter het leven en de evolutie van organismen, die zorgt voor groei, variatie en creativiteit in de levende wereld.
Deze en andere sleutelbegrippen van Bergsons filosofie vormen het middelpunt van de biografie. Daarbij haalt Herring dikwijls aan wat andere filosofen over Bergsons ideeën vonden, wellicht bij gebrek aan voldoende autobiografisch materiaal. Dit beeld van de filosoof door verschillende perspectieven zorgt voor een levendig portret. Herring schrijft toegankelijk en geeft een fascinerende karakterschets van een uniek denker.
Paperback
mei 2025
352 pagina’s
Uitgeverij Ten Have
ISBN 9789025913304
€ 27,99
***** Martin Stokhof – Wittgensteins Betekenis
Ludwig Wittgenstein (1889-1951) schreef in indringende, haast poëtische zinnen over filosofische problemen. Zo poëtisch dat hij wel de filosoof van dichters en componisten wordt genoemd. Diverse componisten hebben zelfs delen uit zijn werken op muziek gezet.
Wittgenstein liet na zijn dood zo’n 20.000 pagina’s aan manuscripten en aantekeningen na. Uit deze omvang en verscheidenheid aan onderwerpen heeft Martin Stokhof (1950) – emeritus hoogleraar taalfilosofie – voor zijn nieuwe boek ‘Wittgensteins Betekenis; Hoe taal, handelen & wereld betekenis bepalen’ het thema betekenis als rode draad genomen.
Stokhof schreef reeds het boek ‘Taal en betekenis’ (2000) en publiceerde al over diverse aspecten van Wittgensteins werk. Stokhofs nieuwe boek is nu tot stand gekomen op basis van colleges die hij in de loop der jaren heeft gegeven.
In Wittgensteins werk speelt het thema betekenis op allerlei manieren een rol en ontwikkelde hij zijn visie geleidelijk. In ‘Wittgensteins Betekenis’ tracht Stokhof die ontwikkeling chronologisch in vijf hoofdstukken te volgen.
Hoofdstuk 1 behandelt Wittgensteins visie op betekenis in ‘Tractatus’ (1921). In dit werk zijn al aanzetten aanwezig over betekenis. In ‘Tractatus’ analyseert Wittgenstein betekenis in een strikt logisch kader.
Hoofdstuk 2 onderzoekt de betekenisopvatting die in ‘Filosofische onderzoekingen’ (1953) centraal staat. Hier analyseert Wittgenstein de relatie tussen betekenis en gebruik. Betekenis wordt in de praktische context van een “taalspel” behandeld, “de taal en de activiteiten waarmee de taal verbonden is”. Wat we zeggen en wat we doen heeft betekenis omdat het deel uitmaakt van een taalspel. Wittgensteins analyses van regels en regel-volgen – bedoelen, begrijpen, interpreteren – spelen hier een sleutelrol. Het resultaat is meervoudig, want betekenis is niet eenduidig.
Hoofdstuk 3 bevat ideeën die Wittgenstein in detail behandelde in zijn aantekeningen die we nu kennen als ‘Over zekerheid’ (1949-1951). Daarin wordt het pluralisme nog verder uitgewerkt. Zekerheid is een keuze en heeft te maken met kennis, vergissing, twijfel. Betekenis van taal staat hierin centraal.
In hoofdstuk 4 onderzoekt Stokhof Wittgensteins ideeën over betekenis in een ruimere zin: die van esthetische objecten en kunst, van rituele praktijken en van ethische en religieuze opvattingen. De betekenis van Wittgensteins werk en de doorwerking ervan in de filosofie en in andere disciplines staat in het laatste hoofdstuk centraal.
‘Wittgensteins Betekenis’ is een grondige introductie in Wittgensteins analyse van het onderwerp betekenis. Het boek beoogt een belangstellende lezer een eerste kennismaking te bieden met enkele centrale thema’s in Wittgensteins werk. Derhalve diende Stokhof talrijke andere onderwerpen van Wittgenstein buiten beschouwing te laten, waaronder zijn analyses van de psychologie en wiskunde. Voor een introductie is het boek begrijpelijk geschreven en zijn er tal van voorbeelden. Elk hoofdstuk van het boek wordt afgesloten met een beknopt overzicht van literatuur over het onderwerp dat in dat hoofdstuk centraal staat.
Paperback
juli 2025
256 pagina’s
Uitgeverij Athenaeum
ISBN 9789025318420
€ 22,99
**** Leila Guerriero – Een schim aan de Costa Brava
In zijn boek ‘In Cold Blood’ (1966) beschrijft de Amerikaanse auteur Truman Capote (1924-1984) de moorden op de vier leden van de familie Clutter uit 1959 in een kleine boerengemeenschap in de Amerikaanse staat Kansas. Drie achtereenvolgende zomers van 1960, 1961 en 1962 verruilde Capote gedurende in totaal 18 maanden New York voor het dorpje Palamós – een uur rijden ten noorden van Barcelona – om te schrijven aan zijn non-fictieroman.
Capotes voorbeeld volgend ging de Argentijnse schrijfster en journaliste Leila Guerriero (1967) voor haar boek ‘La dificultad del fantasma’ (2024) gedurende zes weken naar Palamós. Hier zocht zij sporen die Capote achtergelaten zou kunnen hebben. Haar non-fictie boek is nu in Nederlandse vertaling van Brigitte Coopmans (1969) uitgebracht als ‘Een schim aan de Costa Brava; op zoek naar Truman Capote’.
Guerriero speurt in een labyrint van locale vertelsels, maar vindt uiteindelijk weinig terug van Capotes verblijf. “Ik doe mijn best te achterhalen wat waar is en wat niet”, “er is alleen maar irrelevante informatie te vinden” en “bewijs zo boterzacht als een ijspegel in de Caribische zon”. Voor de locale bevolking blijkt de legende van Capote belangrijker dan de werkelijkheid en het boek onthult dientengevolge vooral de volksoverlevering van Capote in Palamós.
Ondertussen onderzoekt Guerriero qua structuur het non-fictie genre. Daardoor wordt ‘Een schim aan de Costa Brava’ een interessante compositie van levensbeschrijving, verslaggeving en beschouwing, maar mist het zo nu en dan richting.
Paperback
augustus 2025
160 pagina’s
Uitgeverij Meridiaan
ISBN 9789493305830
€ 22,99
*** Thomas Mann – Achtung, Europa!
De Duitse schrijver en Nobelprijswinnaar Thomas Mann (1875-1955) schreef in de jaren dertig een aantal essays die de opkomst van het fascisme en de dreigende Tweede Wereldoorlog belichten. Zeven essays werden in 1938 gebundeld in het boek ‘Achtung, Europa!’. Uit deze bundel zijn nu vijf essays vertaald door Piet Meeuse (1947) en Barber van de Pol (1944), aangevuld met nog twee andere essays en uitgebracht als ‘‘Achtung, Europa!; Een eigentijdse waarschuwing’.
Mann schreef de essays tussen 1932 en 1938 en de volgorde van de essays in de nieuwe uitgave is chronologisch. Alleen het essay over Wagner is vanwege zijn omvang achteraan geplaatst.
In ‘Achtung, Europa!’ analyseert Mann de gewelddadige aard van het fascisme en de dreiging voor democratie en rechtsstaat. De essays zijn waarschuwingen tegen het gevaar dat facisme en nationaalsocialisme vormen voor de democratie.
Het eerste essay ‘Europa pas op’ was bedoeld als lezing voor de Volkenbond in 1935 en Mann pleit hierin aan het einde voor een strijdbaar “Europees humanisme”. ‘Een briefwisseling’ is Manns reactie uit 1936 op het schrappen van zijn eredoctoraat door de Filosofiefaculteit van de Universiteit in Bonn. ‘Mass und Wert’ schreef Mann in 1937 voor het gelijknamige tijdschrift en ‘Over de toekomstige overwinning van de democratie’ was een redevoering waarmee hij in 1938 op tournee door Amerika ging.
‘Het uur U’ was het voorwoord bij de oorspronkelijke bundel ‘Achtung, Europa’ en is vol hoop en vertrouwen in een goede toekomst en succes van Europa. De laatste twee essays ‘Broeder Hitler’ en ‘Lijden en grootheid van Richard Wagner’ bevonden zich niet in de oorspronkelijke bundel, maar zijn ter vervanging van de redevoering ‘Ein Appell an die Vernunft’ (1930) en ‘Spanien’ over de Spaanse burgeroorlog tegen het facisme.
‘Lijden en grootheid van Richard Wagner’ (1933) is een lofrede op de componist en diens werk, die Mann in het kader van Wagners 50ste sterfdag hield voor de Wagnervereeniging in het Amsterdamse Concertgebouw. Hierin weerspreekt hij de beweringen dat ‘Tristan und Isolde’ niet beïnvloed zou zijn door Schopenhauers filosofie. De verheerlijking van de nacht, de verloochening van de wil en de gelijkstelling van de wereldschepping met het seksuele begeren zijn evident schopenhaueriaans, aldus Mann. Het essay bekritiseert echter nergens Wagners antisemitisme.
Mann’s inzichten zijn verrassend actueel en relevant voor het heden, vooral gezien de politieke spanningen in de wereld. Hij heeft een bijna geforceerd geloof in het humanisme, alsof hij de lezers en toehoorders een hart onder de riem wilde steken. De uitgave wordt helaas ontsiert door een voorwoord van Aron Grunberg, kronkelend met zinnen als “was Benn […] een aarzelende of net niet aarzelende nazi-aanhanger. Ongeveer zoals we Thomas Mann een aarzelende of net niet aarzelende heteroseksueel kunnen noemen” en de inleiding van Piet Meeuse vol banaliteiten als “de vraag of de Amerikaanse democratie de verkiezing van Trump zal overleven.”
Paperback
juni 2025
264 pagina’s
Uitgeverij De Arbeiderspers
ISBN 9789029553001
€ 22,99
***** Giuseppe Baiguera / Clotilde Bruneau / Luc Ferry – De Odyssee; 3. De list van Penelope
De Franse filosoof en voormalig minister van onderwijs Luc Ferry (1951) nam in in 2016 het initiatief tot de Franse stripreeks ‘La sagesse des mythes’. Grieks mythologische verhalen herschreef hij hiervoor, terwijl hij trouw bleef aan de originele teksten van onder anderen Homerus en Plutarchus.
De serie verschijnt sinds 2020 ook in het Nederlands als ‘De wijsheid van mythes’. De vierdelige verhaal ‘L’Odyssée’ werd vanaf 2017 in Frankrijk uitgebracht en de eerste twee delen ‘De woede van Poseidon’ en ‘Circe de tovenares’ werden al in het Nederlands gepubliceerd. In juli 2025 werd in het Nederlands deel 3 ‘De Odyssee; De list van Penelope’ aangeboden.
Aan het einde van deel 2 spoelde Odysseus als enige overlevende van zijn gezelschap aan op het eiland Ogygia. Daar houdt de nimf Kalypso hem aan het begin van deel 3 gevangen, maar op bevel van Hermes laat zij hem na zeven jaren vertrekken. Op een vlot bereikt hij het eiland Scheria van de Faiaken. Hier vertelt hij koning Alcinous over zijn ervaringen.
Vervolgens keert Odysseus met de hulp van de Faiaken terug naar zijn eiland Ithaca. De trouwe varkenshoeder Eumaeus neemt hem in huis en beschrijft de vijandige situatie in het koninklijk paleis waar de vrijers Odysseus’ echtgenote Penelope willen trouwen. Odysseus verbergt zich in eerste instantie in het huis van Eumaeus en ter bescherming geeft Athena hem de gedaante van een bedelaar. Odysseus’ zoon Telemachus bezoekt Eumaeus en herkent zijn vader, nadat deze kort zijn ware gedaante toont.
Daarna keert Odysseus – na twintig jaren – terug naar zijn paleis, opnieuw in bedelaarsgedaante, waar alleen zijn stervende hond Argos hem herkent. De vrijers bespotten de vermeende bedelaar., maar de wraak van Odysseus zal zoet zijn…
Luc Ferry heeft de verhalen van Homerus’ ‘Odyssee’ in een volgorde gerangschikt waardoor Odysseus’ reis chronologisch wordt beschrijven. De Italiaanse tekenaar Giuseppe Baiguera (1970) illustreerde ook al deel 2 en zou ook voor deel 4 verantwoordelijk zijn. De Franse schrijfster Clotilde Bruneau (1987) ontwierp weer het scenario en de Française Scarlett Smulkowski (1954) is opnieuw verantwoordelijk voor de inkleuring. De Nederlandse vertaling is met een Vlaams sausje in betrouwbare handen van Frank Vanzeer. De mythische cover is weer van de Franse tekenaar Fred Vignaux (1972). Ook deel 3 bevat een interessant extra literair katern van acht pagina’s van Luc Ferry.
juli 2025
56 pagina’s
Uitgeverij Daedalus
ISBN 9789463949750
€ 11,25 (softcover)
***** Éric Chabbert & François de Closets / Eric Corbeyran – De oorlogen van Albert Einstein 1/2
De Zwitserse fysicus Albert Einstein en de Duitse chemicus Fritz Haber waren goede vrienden, werkten samen in Berlijn en deelden een gemeenschappelijke Joodse achtergrond. Hun vriendschap stond echter onder druk vanwege hun ideologische verschillen over oorlog en nationalisme.
De tweeluik ‘Les guerres d’Albert Einstein’ vertelt over deze boeiende vriendschap tussen de pacifistische natuurkundig Einstein en nationalistische scheikundige Haber. De uitgave verscheen vanaf 2019 in Frankrijk en in 2021 werd het complete tweeluik ‘De oorlogen van Albert Einstein’ in Nederland als een hardcoverbundel uitgebracht. Nu komen de oorspronkelijk in het Frans als twee afzonderlijke albums verschenen delen uit als twee softcoveralbums.
Deel 1 van ‘De oorlogen van Albert Einstein’ begint in 1912 in Berlijn. Einstein bezocht Haber in Berlijn toen hij met zijn gezin in Zürich woonde en Haber haalde Einstein uiteindelijk over om zich in Berlijn te vestigen. Haber sloot zich aan bij de autoriteiten ondanks dat hij vanwege zijn Joodse afkomst nooit werd geaccepteerd door de Duitse elite. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was Einstein geschokt toen hij zag dat Haber gifgas ontwikkelde. Na de Eerste Wereldoorlog vluchtte Haber tijdelijk naar Zwitserland omdat hij vermoedde dat de geallieerden hem verdachten van misdaden tegen de menselijkheid.
De fraai tekeningen zijn van de Franse illustrator Éric Chabbert (1966) en de inkleuringen van de hand van de Franse coloriste Bérengère Marquebreucq (1969). De Franse journalist en schrijver François de Closets (1933) en de Franse scenarist Éric Corbeyran (1964) stelden waarheidsgetrouw het verhaal samen. De Nederlandse vertaling is van Mariella Manfré (1964). Deel 1 eindigt na de Eerste Wereldoorlog wanneer Fritz Haber in 1918 de Nobelprijs voor Chemie en Einstein in 1921 de Nobelprijs voor Natuurkunde krijgt. Daar zal deel 2 het verhaal weer oppakken.
september 2025
64 pagina’s
Uitgeverij Dark Dragon Books
ISBN 9789464608625
€ 11,95 (softcover)
***** Michel Pierret & Jean-Christophe Camus – Het Epos van de Vrijmetselaars; 10. Boetedoening
Het Franse kabinet onder leiding van premier Émile Combes kwam in 1905 ten val door de “Affaire des fiches” dat drie maanden eerder aan het licht was gebracht. Men had ontdekt dat de minister van Oorlog generaal André met de actieve steun van vrijmetselaars van het Groot Oriënt tienduizenden kaartjes had laten opstellen, waarbij de politieke en religieuze voorkeur van officieren werd bijgehouden om promotie uit te sluiten.
Deze “Affaire des fiches” staat centraal in deel 10 van de stripreeks ‘Het Epos van de Vrijmetselaars’. De stripreeks wordt sinds 2021 in het Nederlands uitgegeven en is een inititief van de Franse tekenaar en scenarist Didier Convard (1950) – niet te verwarren met Didier Conrad van ‘Asterix’ – die deze serie ‘L’Épopée de la franc-maçonnerie’ in 2020 startte. De stripalbums vertellen over de vrijmetselaarsbeweging van wetenschappers, kunstenaars en politici, die de sluipwegen van de geschiedenis bewandelde om kennis te vergroten en de mensheid te verheffen.
Deel 10 ‘Boetedoening’ begint in april 1904 wanneer secretaris-generaal Jean-Baptiste Bidegain van de vrijmetselaarsloge Groot Oriënt gewetensnood krijgt. Hij beseft dat zijn geheim Frankrijk kan doen wankelen, maar kan slechts met zijn innerlijk besef van goed en kwaad in het reine komen als hij de loge verraadt…
‘Boetedoening’ is een historische thriller gebaseerd op ware gebeurtenissen over vrijmetselarij, verraad en politieke intriges vol spanning en geheimen in het hart van de Franse Derde Republiek. De Belgische illustrator Michel Pierret (1951) – men kent van de serie ‘Onthoofde arenden’ – maakte de sfeervolle tekeningen, de cover tekende Julien Delval en de inkleuring verzorgde Angélique Césano. De Franse auteur Jean-Christophe Camus (1962) schreef de teksten, de Nederlandse vertaling is van Tonio van Vugt met medewerking van Jeanine Erades en ook deel 10 bevat een extra literair katern van acht pagina’s van Jean-Laurent Turbet (1964). Over loyaliteit, macht en oprechtheid.
augustus 2025
56 pagina’s
Uitgeverij Dark Dragon Books
ISBN 9789464608441
€ 11,99 (softcover)





