27-02-2022
De Duitse sopraan Ingrid Steger werd op 18 februari 1927 in de Beierse gemeente Roding geboren.
Ingrid Steger studeerde aan de Musikhochschule van München bij Henriette Klink-Schneider en tussen 1946 en 1952 bij Else Schulz. Tussen 1949 en 1952 was Steger geëngageerd bij de Bayerischen Staatsoper van München, maar in 1951 begon haar solocarrière in het Stadttheater van Passau als Azucena in ‘Il Trovatore’. Zij gasteerde in het seizoen 1951/1952 aan het Stadttheater van Zürich als Czipra in ‘Der Zigeunerbaron’ en zong tussen 1952 en 1954 in het Stadttheater van Augsburg, tussen 1954 en 1958 in het Staatstheater van Kassel, tussen 1958 en 1960 in het Stadttheater van Trier en vanaf 1960 in het Stadttheater van Oberhausen. Zij sloot gastcontracten met diverse grote operahuizen, waaronder de Berliner Staatsoper (1965-1968), het Opernhaus van Graz (1974-1975) en met het Staatstheater Karlsruhe (1975-1977).
Vanaf begin jaren zeventig ondernam zij uitgebreide gasttournees. Die brachten haar naar de Staatsopera’s van Hamburg, Dresden, Hannover en Nürnberg en de operahuizen van Keulen, Stuttgart en Frankfurt. Buitenlandse gastoptredens gaf zij in de Weense Staatsopera (18 september 1971 als Senta in ‘Der fliegende Holländer’), het Teatro Regio Parma (1965, 1968), het Teatro Verdi van Triëst, het Teatro Fenice van Venetië (1968) en het Teatro Nacional de São Carlos van Lissabon (1972 in de titelrol van ‘Elektra’). In 1967 en 1968 werkte zij mee aan de Osterfestspiele van Salzburg (als Waltraute in ‘Die Walküre’). In 1973 maakte zij haar Amerikaanse debuut als Elektra in San Francisco. Tot 1986 zou zij nog op het operatoneel verschijnen.
Haar operarepertoire omvatte partijen voor sopraan en mezzosopraan, waaronder verder de titelrol in ‘Rodelinda’ van Händel, Achille in ‘Deidamia’ van Händel, Leonore in ‘Fidelio’, Elsa en Ortrud in ‘Lohengrin’, Elisabeth en Venus in ‘Tannhäuser’, Brünnhilde en Fricka in ‘Der Ring des Nibelungen’, Isolde in ‘Tristan und Isolde’, Kundry in ‘Parsifal’, de titelrol en de Komponist in ‘Ariadne auf Naxos’ van R. Strauss, Lady Macbeth in ‘Macbeth’ van Verdi, Amelia in ‘Un Ballo in Maschera’, Amneris in ‘Aida’, Santuzza in ‘Cavalleria Rusticana’, de titelrol in ‘Turandot’ van Puccini, Ježibaba in ‘Rusalka’ van Dvořák, Judit in ‘Blauwbaards Burcht’ van Bartók en de titelrol in ‘Penthesilea’ van Othmar Schoeck.
Haar stem is op geluidsdragers vastgelegd in onder andere de partijen van Waltraute in ‘Die Walküre’ (DG) en de titelrol in ‘Elektra’ te Stuttgart, 1971 (Golden Melodram).