21-06-2016
De Franse tenor Charles Burles werd op 21 juni 1936 in Marseille geboren.
Charles Burles studeerde zang in zijn geboortestad Marseille bij Léon Cazauran en maakte zijn operadebuut in 1958 in Toulon. In hetzelfde jaar kreeg Burles een engagement in Marseille, waar hij zijn debuut maakte als Almaviva in ‘Il Barbiere di Siviglia’ van Rossini. Daarna trad hij op in Lyon, Turijn, de Munt in Brussel en het Teatro Fenice van Venetië.
In 1970 werkte hij bij de Opéra-Comique mee aan de wereldpremière van de opera ‘L’Annonce Faite à Marie’ van Rossellini. Verder zong hij bij de Opéra-Comique Almaviva in ‘Il Barbiere di Siviglia’, Vincent in ‘Mireille’ van Gounod en Ernesto in ‘Don Pasquale’.
In het seizoen 1970/1971 werd hij ensemblelid van de Grand Opéra van Parijs. Tussen 1977 en 1980 had hij er opnieuw succes als Mercure in ‘Platée’ van Rameau, als Valletto in ‘L’Incoronazione di Poppea’ van Monteverdi, als Blifil in ‘Tom Jones’ van Philidor, als Tonio in ‘La Fille du Régiment’ van Donizetti, als Raflafla in ‘Mesdames de la Halle’ en als Chrysodule Babylas in ‘Monsieur Choufleuri’ van Offenbach, als Armand in ‘Les Deux Journées’ van Cherubini en als Missail in ‘Boris Godoenov’. Tussen 1997 en 2002 hoorde men hem in de Opéra Bastille van Parijs ook in rollen van het karaktervak zoals Don Curzio in ‘Le Nozze di Figaro’, Altoum in ‘Turandot’ en Spoletta in ‘Tosca’ van Puccini, Remendado in ‘Carmen’ en Spalanzani in ‘Les Contes d’Hoffmann’.
In de jaren zeventig trad hij ook regelmatig op in Italië, België (Gent), in Nederland, Zwitserland en Israël. Andere rollen van zijn omvangrijke repertoire waren Chapelou in ‘Postillon von Lonjumeau’ van Adam, Arturo in ‘I Puritani’ van Bellini, George Brown in ‘La Dame Blanche’ van Boieldieu, Lindoro in ‘L’Italiana in Algeri’ van Rossini, Nadir in ‘Les Pêcheurs de Perles’ van Bizet en Gérald in ‘Lakmé’ van Delibes.
De lyrische tenor van Charles Burles is vastgelegd op studio-opnamen van ‘Véronique’ van Messager, ‘La Fille de Madame Angot’ van Lecocq, ‘Padmâvati’ van Roussel, ‘Werther’ en ‘Manon’ van Massenet, als Fischer in ‘Guillaume Tell’ van Rossini, in ‘Roméo et Juliette’ van Gounod, als Hadji in ‘Lakmé’ van Delibes, in ‘La Belle Hélène’ en ‘Orphée aux Enfers’ van Offenbach, ‘L’Amant Jaloux’ en ‘Richard Coeur-de-Lion’ van Grétry, ‘Il Barbiere di Siviglia’, ‘Les Cloches de Corneville’ van Planquette en ‘Les Mousquetaires au Couvent’ van Louis Varney.
Kijk op YouTube