© Lutz Edelhoff
Erfurt, 15 februari 2015
Duitse première ‘Sigurd’ niet groots
Het Theater Erfurt heeft het lovenswaardige initiatief genomen om de eerste, Duitse opvoering van de opera ‘Sigurd’ van Reyer op de planken te brengen. Dat de uitvoering geen eenstemmig succes is, komt door een aantal aspecten van de productie.
De opera ‘Sigurd’ van Ernest Reyer (1823-1909) is op dezelfde Noordse sagen gebaseerd als de laatste helft van ‘Siegfried’ en de hele ‘Götterdämmerung’ en Sigurd heeft met deze twee opera’s van Wagner het heroïsche karakter van de personages gemeen. Anders dan Wagner schrapte Reyer de bovennatuurlijke aspecten van de sagen, had een meer klassieke benadering dan Wagner en bleef trouw aan de tradities van de Grand Opéra. ‘Sigurd’ beleefde haar wereldpremière in 1884 in de Munt Schouwburg van Brussel en de afgelopen vijftig jaar werd de opera slechts sporadisch opgevoerd. De prachtige melodieën, de combinatie van sprookjes en strijdverhalen en de verrukkelijke Grand Opéra met grootse momenten voor orkest en zangers zijn het echter waard om ‘Sigurd’ uit de vergetelheid te halen.
Het Theater Erfurt heeft het lovenswaardige initiatief genomen om de eerste Duitse opvoering van ‘Sigurd’ op de planken te brengen. Het productieteam heeft nogal in de opera gesneden, ook al is bekend dat Reyer fel tegen coupures in ‘Sigurd’ was. En ofschoon deze coupures in Erfurt niet ten koste gaan van de continuïteit van de opera zijn er belangrijke, interessante en mooie momenten weglaten, zoals bijvoorbeeld in de eerste akte de opkomst van Hilda en een deel uit de monoloog van de bard, in de tweede akte de monoloog van de Grand Prêtre “Et toi, Fréja” en een groot gedeelte van de partij van Sigurd in het bos, in de derde akte het intro van Hilda en Uta en in de vierde akte het recitatief van Brunehild.
En er zijn meer aspecten, waardoor deze productie geen eenstemmig succes is. Regisseur Guy Montavon (Genéve, 1961) – sinds 2002 intendant in Erfurt – weet niet goed het verhaal over te brengen en de personages neer te zetten. Montavon biedt een traditionele enscenering met een vleugje modern engagement. Hij wil Hilda’s vergrijp om Sigurd door middel van een liefdesdrank haar te laten beminnen, verduidelijken door haar ontoerekeningsvatbaar te maken. Derhalve maakt Hilda in bed continu autistiforme bewegingen. Een terugblik tijdens het ballet van de tweede akte waarin Hilda wordt verkracht, dient ter verduidelijking van haar toestand, maar komt te laat om inzichtelijk te zijn. Het overige, klassieke gedeelte van de enscenering wordt door Montavon te klein neergezet en implodeert. De kostuums van Frauke Langer zijn trouwens schitterend.
Verder heeft dirigente Joana Mallwitz (Hildesheim, 1986) – sinds 2014 GMD in Erfurt – absoluut geen idee van Grand Opéra. Zij weet een mooie klank uit het orkest te halen – ook al waren er rommelige momenten bij de strijkers en koperblazers – en soms kan zij uitpakken. Maar te vaak jaagt zij met te snelle tempi, zoals in de eerste akte tijdens de waarzegging van Uta, de opkomst van Sigurd en de herkenningsscène van Gunther en in de tweede akte tijdens de overwinningsaria van Sigurd. De grootsheid van ‘Sigurd’ komt hierdoor helaas niet goed uit de verf.
De bezetting bestaat bijna volledig uit leden van het ensemble van Theater Erfurt. Alleen voor Sigurd is een gast aangetrokken, de Amerikaanse tenor Marc Heller. Maar Heller is helaas geen heldentenor. Zijn hoge tonen staan los van de rest van zijn stem en hebben geen resonansen en hij zingt onverstaanbaar en verkeerde klinkers. De Nederlandse sopraan Marisca Mulder maakt sinds het seizoen 2005/2006 deel uit van het ensemble van het Theater Erfurt en heeft één van de mooiste lyrische sopranen van Nederland. Zij is een expressieve, sterke en zelfstandige Hilda en je kan je ogen niet van haar afhouden als zij helemaal losgaat in haar hysterie. Prachtig stralend zingt zij haar aria “Il m’aime!” in de derde akte. Wanneer hoort men haar weer in Nederland?? De Turkse bariton Kartal Karagedik als Gunther is een groot talent en zijn aria “Grands Dieux!” in de derde akte zingt hij fantastisch. Ook de Duitse mezzosopraan Katja Bildt als Uta toont zich een belangrijk talent. De Griekse sopraan Ilia Papandreou is een lyrische Brunehild en heeft niet echt het brede middenregister om de partij heroïsch gestalte te geven.
Deze productie van ‘Sigurd’ duurde vanwege de coupures en de snelle tempi precies twee maal 75 minuten en zou op twee CDs kunnen passen. Maar een eventuele uitgave van deze uitvoering zou niet echt iets toevoegen aan de discografie van deze opera.