1.

De concertante wereldpremière van de opera ‘Moses und Aron’ van Arnold Schönberg (1874-1951) was op 12 maart 1954 in de Musikhalle van Hamburg. De uitvoering met publiek werd door de Norddeutscher Rundfunk uitgezonden op de radio en de opname op LP en later op CD uitgebracht.

Dirigent was de Oostenrijker Hans Rosbaud, die een internationale faam als Schönberg-dirigent had. Hij correspondeerde twintig jaar met de Weense componist en had begin jaren dertig een aantal premières van diens werken gedirigeerd (in Frankfurt ‘Begleitmusik zu einer Lichtspielszene’, op. 34 (1930) en ‘Four Orchestral Songs’, op. 22 (1932)). Rosbauds lezing van ‘Moses und Aron’ klinkt als vanzelfsprekend. Hij verenigt met het NDR Sinfonieorchester modern met klassiek en combineert felheid, intensiteit en dramatiek met schoonheid en nuancering.

De vocalisten hebben prima oor voor toonhoogte en ritme. De Duitse tenor Helmut Krebs is een schitterende Aron. Helder, overredend en dringend. De Duitse bas Hans Herbert Fiedler (Moses) is enigszins droog en zijn Sprechgesang niet vanzelfsprekend. Hij zou de rol van Moses hernemen voor de scenische wereldpremière van ‘Moses und Aron’ op 6 juni 1957 in het Stadttheater van Zürich. De Weense sopraan Ilona Steingruber is met haar Ljuba Welitsch-achtige timbre verrukkelijk in de dubbelrol van Ein junges Mädchen in de derde scène van de eerste akte en de Erste nackte Jungfrau in de derde scène van de tweede akte. Steingruber was een echte Schönberg-zangeres – en ook een ideale Lulu – in die tijd. Zij zou begin jaren 60 nog ‘Pierrot Lunaire’ en liederen van de Weense componist opnemen. De Duitse alt Ursula Zollenkopf was lid van het NWDR-Chor en zong later solopartijen vooral in het moderne repertoire. In de derde scène van de tweede akte zing zij Eine Kranke met tragische klank. Het geluid is live mono, maar elk instrument en elke stem is te horen. Vooral vanwege de lezing van Rosbaud de eerste keuze.
Sony 0889853979721 (2CDs)

2.

De Städtische Oper van Berlijn voerde op 15 oktober 1959 tijdens de Berliner Festwochen een productie van ‘Moses und Aron’ op. De uitvoeringen onder muzikale leiding van dirigent Hermann Scherchen zorgden voor een enorme rel. Vooraf dreigden onbekenden de autobanden van Scherchen door te snijden en zijn gezicht te verbranden met zuur als hij de opera durfde uit te voeren. Maar Scherchen liet zich niet intimideren. Er waren tijdens de première fluittonen, gekrakeel en commotie vanuit vooral de hogere rangen en meerdere keren moest Scherchen het publiek vermanen, maar uiteindelijk werd productie een groot succes.

Zes weken na de bouw van de muur werd het muziekleven in Berlijn gescheiden en verhuisde deze productie van ‘Moses und Aron’ mee naar de Deutsche Oper, die op 24 september 1961 haar deuren aan de Bismarckstraße had geopend. Deze Deutsche Oper gaf op 2, 3, 5 en 6 januari 1966 vier gastvoorstellingen van deze productie van ‘Moses und Aron’ in het Teatro dell’Opera in Rome. Een geluidsopname van de derde opvoering is bewaard.

De bezetting van de twee protagonisten was dezelfde als in 1959 in Berlijn. De Duitse bas Josef Greindl (NSDAP Mitgliedsnr 7.342.013) was vanaf 1948 ensemblelid van de Städtische Oper en bleef tot 1970 bij de Deutsche Oper Berlin. Greindl is een fenomenale Moses. Indringend, gezaghebbend en in zijn Sprechgesang natuurlijk, ook al verwaarloost hij de lengte van de noten nogal. De Duitse tenor Helmut Melchert had Aron ook gezongen tijdens de scenische wereldpremière van ‘Moses und Aron’ in 1957 in Zürich en was vooral een zanger van modern repertoire. Zijn tenor was hier inmiddels in de hoogte al enigszins gespannen, maar hij zet een goed portret neer van de spreekbuis, wonderdoener en zondebrenger Aron.

Interessante ensembleleden in bijrollen waren de Amerikaanse tenor Loren Driscoll (Ein junger Mann), de Hongaarse bas Ivan Sardi (Priester), de bariton Hanns-Heinz Nissen (Ephraimit) – vanaf 1934 tot zijn dood drie jaar na deze opvoering bij de Deutsche Oper – en de beroemde Duitse tenor Günther Treptow (Älteste), vanaf 1961 tot zijn afscheid in 1972 vast bij de Deutsche Oper.

Ook de Berlijnse dirigent Hermann Scherchen was een voorvechter van het moderne repertoire. Hij had in 1951 al muziek uit de derde scène van de tweede akte van ‘Moses und Aron’ gedirigeerd tijdens de Darmstadt Ferienkurse, de eerste uitvoering van muziek uit de opera (label Tahra TAH 185-89). Luister naar zijn verstommende reflecties in de derde scène van de tweede akte en zijn gewelddadige, uitzinnige geluidsexplosies bij het brandende bos in de laatste scène.

De opname is mede interessant vanwege de inclusie van de derde, onvoltooide akte, waarvan Schönberg slechts de tekst had geschreven. De tekst wordt hier gereciteerd begeleid door de openingsmuziek van de opera. Het geluid is wisselend; De stemmen zijn nu eens dichtbij, dan weer veraf, conform een live-opvoering.
Stradivarius STR 13615/16 (2CDs)

3.

Deze studio-opname van ‘Moses und Aron’ werd tussen 1 en 12 maart 1976 in de Paul-Gerhardt-Kirche van Leipzig gemaakt. De twee Duitse protagonisten vertolkten hun rollen ten tijde van de opname in het Staatstheater Dresden in de iconische productie van Harry Kupfer, de DDR-Erstaufführung. De Duitse tenor Reiner Goldberg – sinds 1973 ensemblelid in Dresden – is de beste Aron op CD. Als geen ander brengt hij Schwung in zijn zanglijnen, vertolkt de partij met charme doch gekwelde schoonheid. De Duitse bas-bariton Werner Haseleu – net als Goldberg vanaf 1973 ensemblelid in Dresden – is een uitstekende Moses. Zijn kernachtige timbre is ideaal voor de rol en hij benadrukt in het Sprechgesang de toonhoogte en duur van de noten nauwkeurig met nagenoeg natuurlijke declamatie.

De Duitse coloratuursopraan Renate Krahmer is helder en spichtig als Ein junges Mädchen en de Duitse alt Gisela Pohl is een berustende, godvrezende Alte Kranke. De Duitse dirigent Herbert Kegel had compositie gestudeerd bij Boris Blacher aan het Dresdner Konservatorium. Vanaf 1949 was Kegel chefdirigent van het Großen Rundfunkorchesters in Leipzig en vanaf 1960 chefdirigent van het Rundfunk-Sinfonieorchesters Leipzig. Met dit laatste orkest geeft hij hier een bijna romantische lezing, als een Schubert symfonie. Kegel pleegde in 1990 zelfmoord na een lange depressieve periode.
Berlin Classics 0011162BC (2CDs)

4.

Deze uitgave van ‘Moses und Aron’ werd samengesteld uit vier concertante uitvoeringen van de opera in september 2012 in Berlijn, Luzern, Straatsburg en Freiburg.

Het ensemble, koor en orkest is dramatisch betrokken en minutieus gerepeteerd. De Duitse bariton Franz Grundheber is een theatraal dramatische Moses, geloofwaardig in iedere noot en de Duitse tenor Andreas Conrad vertolkt Aron met Draufgängertum. Ook de kleinere rollen zijn prima bezet. De Duitse sopraan Johanna Winkel heeft een grote, ronde stem voor Ein junges Mädchen en de Duitse mezzo Elvira Bill is een aandoenlijke Alte Kranke.

De Franse dirigent Sylvain Cambreling tovert met het SWR Sinfonieorchester Baden-Baden und Freiburg de doorschijnende, illustrerende aspect van ‘Moses und Aron’ naar de oppervlakte. Hij weet uitstekend de krachtige lyriek over te brengen. Het EuropaChorAkademie is betrokken en nauwkeurig. Een sterk dramatisch en muzikaal overtuigende uitvoering.
Hänssler Classic SACD 93.314 / SWR Classic CD93.314 (2CDs)

5.

In het kader van de 100ste geboortedag van Arnold Schönberg maakte het Franse echtpaar Jean-Marie Straub en Danièle Huillet tussen mei 1973 en september 1974 een film van ‘Moses und Aron’. De film werd opgenomen in Italië en Egypte, met name in het amfitheater in de ruïnes van Alba Fucensen en werd voor het eerst in februari 1975 tijdens het Rotterdam Film Festival getoond. De relatie van Moses en Aron wordt gepresenteerd met een buitengewone visuele economie en nooit op precies dezelfde manier ingekaderd. Voor hedendaagse criteria doet de film echter nogal statisch aan.

De soundtrack van de film werd in 1973 in Londen opgenomen en verscheen bij Philips op CD. De Joods-Duitse bariton Günther Reich was in de jaren dertig naar Palestina gevlucht en werd na de Tweede Wereldoorlog een vertegenwoordiger van het modern repertoire. Hij had in 1961 in de wereldpremière van Schönbergs ‘Die Jakobsleiter’ gezongen en nam veel werk van de componist onder leiding van Pierre Boulez op (‘Moses und Aron’, ‘Gurre-Lieder’ en ‘A Survivor From Warsaw’). Reich vertolkt Moses met autoriteit, maar ook met al diens onzekerheden. De Belgische tenor Louis Devos was ook zo’n ambassadeur van het moderne repertoire en werkte mee aan diverse wereldpremières van composities van onder anderen Stravinsky, Badings, Frank Martin en Penderecki. Devos is een lyrische, vocaal zo nu en dan geknepen Aron.

De Joods-Oostenrijkse dirigent Michael Gielen vluchtte in de Tweede Wereldoorlog naar Argentinië. Met het Sinfonie-Orchester des Österreichischen Rundfunks geeft hij niet zozeer een strakke lezing, als wel een bevlogen dramatische vertolking. De film bevat de tekst van de derde akte, die Schönberg nooit op muziek componeerde. De tekst wordt zonder begeleidende muziek gereciteerd door Gielen en Devos. Deze zes minuten tekst is niet op de CD-uitgave te horen.
Philips 438 667-2 (2CDs)