***
© Jonathan Berger
Luik, 19 mei 2023

Dirigent verstoort ‘I Lombardi’ in Luik

Na zijn succes met ‘Nabucco’ kreeg Verdi van de directeur van de Scala de opdracht om een nieuwe opera te schrijven. ‘I Lombardi’ zag het licht in 1843 en was eveneens een triomf, ook al minder groot dan zijn voorganger. Het werk wordt nu voor het eerst opgevoerd in de Koninklijke Waalse Opera te Luik.

Het verhaal van ‘I Lombardi Alla Prima Crocciata’ van Giuseppe Verdi (1813-1901) bevat meer lagen dan dat van ‘Nabucco’. De handeling vindt plaats aan het einde van de eerste kruistocht in Milaan, waar in het verleden Viclinda en Arvino trouwden en zijn broer Pagano – verliefd op Viclinda – Arvino probeerde te vermoorden. Daarvoor werd Pagano verbannen, maar nu keert hij na 18 jaar terug om zich te verzoenen met zijn broer. Maar eigenlijk is Pagano van plan wraak te nemen en Arvino te vermoorden. Pagano vermoordt echter per ongeluk hun vader en wordt opnieuw verbannen uit Milaan.

Maanden later leeft Pagano als kluizenaar in de stad Antiochië (in het hedendaagse Turkije), verbergt zijn identiteit en helpt de Lombardische Ridders van het Kruis – geleid door Arvino – om de stad te veroveren. Daar ontmoet Arvino zijn dochter Giselda, gevangen in Antiochië en geliefde van Oronte, de zoon van de heerser van Antiochië. Oronte wordt echter door Arvino dodelijk verwondt. Bij de verovering van Jeruzalem raakt ook Pagano dodelijk gewond, onthult zijn identiteit en verzoent zich met zijn broer.

‘I Lombardi’ wordt nu voor de eerste keer opgevoerd in de Koninklijke Waalse Opera (KWO) te Luik. De Italiaanse regisseuse Sarah Schinasi wil hier het menselijke aspect, de persoonlijke motivaties en familiegeschiedenis van de opera onderzoeken, de religieuze thema verlichten en een seculiere lezing geven, waarin de liefde voor de opbouw van vrede belangrijk is. Er is echter weinig personenregie, het is zeer statisch en permanent kijkt men tegen een menselijk muur. Het decor van ontwerper Pier Paolo Bisleri is een saaie, tijdloze en geometrische structuur als een canvas met bewegingen van volumes en een visuele homogeniteit. Een traditionele enscenering is prima en zelfs te verkiezen, maar dan moet er wel een verhaal verteld worden.

Verdi kon in ‘I Lombardi’ niet anders dan muzikaal vernieuwen. Zo komt tijdens de moordaanslag in Folco’s paleis zijn ‘Macbeth’ al even om de hoek kijken. En in de latere akten wrijft hij tegen het oriëntalisme aan, hand in hand met klassieke bewegingen. De vioolsolo van de derde akte en de imposante koren zijn boeiend.

De KWO heeft een interessante bezetting bijeengebracht. De 62-jarige, Mexicaanse tenor Ramón Vargas als Oronte is de ster van de avond met een stralend fris geluid en prachtige fraseringen. De Georgische bas Goderdzi Janelidze is een sterke Pagano. In het forte heeft hij een forse stem, die volume weet te produceren, ook al is zijn geknepen piano een kwestie van smaak. Zijn landgenote de sopraan Salome Jicia als Giselda zingt voortdurend woest, de hoogte op kracht, met vijf verschillende stemmen, zonder lijnen en breekt laatste noten steevast af. De Italiaanse tenor Matteo Roma als Arvino heeft een prettige stem en de Française Aurore Daubrun als Viclinda en de Belgische Caroline de Mahieu als Sofia hebben mooie mezzosopranen.

Maar helaas wordt de uitvoering verstoord door de Israëlische dirigent Daniel Oren. Hij snuift continu hoorbaar zijn adem op, schreeuwt bij iedere grote inzet van het ensemble en zwaait bij deze passages met gebalde vuisten. Hij roept luid aanwijzingen naar koor en orkest en schudt zijn hoofd als iets niet goed gaat. Als het scheef dreigt te lopen wijst hij naar zijn ogen opdat de koor hem volgt, als het koor te zacht is houdt hij zijn hand achter z’n oor en als het orkest te luid is houdt hij zijn vinger voor z’n lippen. Ten slotte trekt hij zijn jasje open en slaat op zijn borst ten teken dat er uit luide borst moet worden gezongen. Het klinkt allemaal strak, maar het slaat de zangersopera dood. Orens gedrag leidt enorm af en grenst aan mishandeling van koor, orkest en solisten. Dat had deze ‘I Lombardi’ niet verdiend.