***** De Amerikaans-Nederlandse sopraan Katharine Dain nam in augustus 2020 samen met de Engelse pianist Sam Armstrong de CD ‘Regards Sur L’Infini’ op. Het repertoire beschouwt de onrust in het heden en de behoefte aan verandering. De liederen verkennen de bezieling voor het verleden met zijn herinneringen en de toekomst met haar verbeelding.
Het programma heeft een spiegelende vorm. Het eerste en laatste lied zijn van Kaija Saariaho, het tweede en één-na-laatste lied zijn van Henri Dutilleux etc. De CD begint met “Parfum de l’instant” uit ‘Quatre Instants’ van Saariaho en hier had de CD een spannendere opening verdiend. Dain revancheert zich daarentegen schitterend met “Chanson de la déportée” van Dutilleux. Met een haast ontheemd geluid geeft zij de atmosfeer uitstekend weer. En ook het titellied van de CD van Dutilleux is een pareltje! De vier ‘Proses lyriques’ van de jonge Debussy zingt Dain beeldschoon, verstaanbaar, expressief en met mooi legato. Ook in het forte van het opera-achtige “De fleurs” blijft de stem egaal.
Centraal in het album staan de negen ‘Poèmes pour Mi’ met hun diverse karakters van de jonge Olivier Messiaen. Luister naar de verschikking van de verdoemenis in “Épouvante”, de haast kosmische breedte van het huwelijk in “L’épouse”, de intimiteit in “Le collier” en het verlangen naar verlossing in “Prière exaucée”. Katharine Dain weet waarover zij zingt en Sam Armstrong voelt haar op piano uitstekend aan.
Uiterst interessant aan weerszijden van ‘Poèmes pour Mi’ twee liederen van Messiaens eerste echtgenote Claire Delbos. Hier “Dors” en “Ai-je pu t’appeler”, het eerste en het laatste van acht liederen uit de cyclus ‘L’Âme en Bourgeon’, die Delbos componeerde op teksten van de moeder van Messiaen. De liederen zijn minimalistisch, maar uiterst suggestief en aanschouwelijk tegelijk. Kippenvel ! Wellicht een begin van een volgende CD met de liederen van Delbos (er bestaan zover bekend 16).
Katharine Dain is een intelligente zangeres en vertolkt het repertoire beeldend en treffend en zij wordt voortreffelijk en betrouwbaar begeleid door Sam Armstrong. In het CD-boekje een fraai essay over het repertoire door de sopraan en ook vertalingen van liedteksten door haarzelf.
7 Mountain Records 7MNTN-024 (1CD)
***** Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791) kreeg in 1771 de opdracht om een oratorium voor de stad Padua te schrijven. De 15-jarige componist had toen al de opera’s ‘La Finta Semplice’, Bastien und Bastienne’ en ‘Mitridate’ op zijn naam staan. Hij gebruikte voor de opdracht van Padua het libretto van de aziona sacra ‘Betulia Liberata’ van Pietro Metastasio, dat is gebaseerd op het Bijbelse verhaal van Judith en Holofernes.
Het label Aparte stelde een CD-uitgave van ‘Betulia Liberata’ samen uit repetities, een live-uitvoering en studio-registraties, die plaatsvonden op 22 juni en tussen 29 juni en 1 juli 2019 in het concertgebouw Seine Musicale van het Parijse Boulogne-Billancourt. Er bestonden er al diverse studio-opnamen van het werk met solisten als Hanna Schwarz, Marjana Mijanovic, Walter Berry, Elisabeth Schwarzkopf, Ileana Cotrubas, Cesare Valletti en Peter Schreier en de bezetting van deze nieuwe uitgave is eveneens eersteklas.
Giuditta wordt gezongen door de Italiaanse mezzo Teresa Iervolino met het weelderige timbre van Lucia Valentini Terrani. Luister naar haar aria “Parto inerme”, uitdagend als Judith en de woeste coloraturen trotserend. Ozia, de prins van Betulia, is de Argentijnse tenor Pablo Bemsch. Ook hij heeft vier gevarieerde aria’s en zingt met eerlijk en open geluid en strakke versieringen. De Franse sopraan Sandrine Piau als de Israëlische edelvrouw Amital – met de uitdagende aria “Quel nocchier che in gran procella” in het tweede deel – en de Amerikaanse sopraan Amanda Forsythe in de dubbelrol van de ouderlingen Cabri en Carmi zingen beide buitengewoon. De Argentijnse bas Nahuel Di Pierro als Achior, de prins van de Ammoniten, heeft een aangename, sonore stem.
Het koor accentus vertolkt de inwoners van Bethulia beeldend en homofoon in met name de meerstemmige finales en laten het grote talent van de 15-jarige Mozart horen. Dirigent Christophe Rousset tovert een actief, expressief, kleurrijk virtuoos en verzorgd spel uit zijn Les Talens Lyriques. Soms verschuift het geluid onnodig en storend van links naar rechts over de boxen. Het CD-boekje bevat een summier essay van Simon Keefe en de complete tekst met vertalingen.
Aparte AP235 (2CDs)
**** De opera ‘Het Sluwe Vosje’ (‘Příhody lišky Bystroušky’) van de Tsjechische componist Leoš Janáček (1854-1928) beleefde zijn wereldpremière op 6 november 1924 in het Nationale Theater van Brno. De opera is werkelijk muziektheater dat je moet horen én zien en een geluidsopname dient de beweging in het werk te verwezenlijken. De symbolieke dierenfabels behoren overtuigend sprekend te worden gemaakt en dat is akoestisch niet altijd eenvoudig. De opera werd nu opgenomen tijdens semi-geënsceneerde opvoeringen op 27 en 29 juni 2019 in de concertzaal Barbican te Londen.
De Britse zangers is de hoofdrollen en ook de overige zangers in de vele bijrollen zijn prijzenswaardig in het Sprechgesang, dat Janáček in zijn muzieknoten schreef. De sopraan Lucy Crowe zingt de titelrol met persoonlijkheid ook al is haar stem zo nu en dan in de hoogte te breed voor de innigheid van het levendige, menselijke, half tamme, half wilde vosje. De lyrische intimiteit van Lucia Popp in de rol kan natuurlijk niemand evenaren. De bariton Gerald Finley is sympathiek en vocaal aantrekkelijk als de Revírník, de boswachter. Luister naar zijn grote finale – de negende scène van de derde akte – waar hij geloofwaardig de betekenis van het levensproces gewaarwordt. De tenor Peter Hoare geeft goed karakter aan de rollen van de schoolmeester, de mug en de haan, ook al werd de haan bij de wereldpremière door een sopraan gezongen.
De ster van de uitvoering is echter de Engelse dirigent Simon Rattle. Zijn liefde voor de opera’s van Janáček is bekend en men voelt dit in iedere noot. Zijn warme fraseringen met herfstachtige suggesties, zijn ritmische gevoel voor de volksmuziek en zijn schitterende pianissimi zijn indrukwekkend. Het London Symphony Orchestra speelt onder zijn leiding uiterst gevoelig en beeldend. De tweede CD wordt nog aangevuld met een fantastische uitvoering van Janáčeks bekende ‘Sinfonietta’. De CD-boekje bevat het volledig libretto met een Engelse vertaling.
LSO Live LSO0850 (2CDs)
**** De Ierse componist John Francis Larchet (1884-1967) studeerde aan het Trinity College Dublin en aan de Royal Irish Academy of Music. Hij was tussen 1908 en 1935 als muziekdirecteur van het Abbey Theatre te Dublin verantwoordelijk voor de toneelmuziek aldaar. Daarnaast had hij grote betekenis als docent tussen 1920 en 1955 aan de Royal Irish Academy of Music en tussen 1921 en 1958 aan de University College Dublin.
Larchet componeerde voornamelijk miniatuurtjes en was arrangeur van Ierse volksmuziek voor klassieke ensembles. Zijn arrangement van het Ierse volkslied uit 1954 is vandaag de dag nog altijd de officiële versie. Pianist Niall Kinsella verzamelde met hulp van Larchets familie alle liederen van de Ierse componist en nam tussen 19 en 20 juni 2018 en op 29 mei 2019 in de Music Room in Champs Hill te West Sussex het complete liedoeuvre van Larchet op. De CD ‘John F. Larchet – Complete Songs & Airs’ is het eerste album gewijd aan werken van Larchet en presenteert diverse wereldpremière-opnamen.
Larchets samensmelting van tekst en muziek zijn fantasierijk en vertellend en de bariton Gavan Ring en de mezzosopraan Raphaela Mangan zijn uitstekende ambassadeurs van Larchets lyriek. Luister naar het prachtige “Diarmund’s Lament” voor zang, cello (Verity Simmons) en piano. De liederen worden aangevuld met twee verzamelingen Ierse aria’s voor viool (Mia Cooper) en piano. Een zeer genoeglijk album!
Champs Hill Records CHRCD151 (1CD)
*** ‘Il Tabarro’ is een eenakter van Giacomo Puccini (1858-1924) en het eerste deel van Puccini’s drieluik ‘Il Trittico’, dat zijn wereldpremière beleefde op 14 december 1918 in New York. Het verhaal speelt zich af in Parijs rond 1910. De scheepseigenaar Michele mijmert met zijn echtgenote Giorgetta over de dagen voor het overlijden van hun kind en hoe ze alle drie onder zijn mantel (Il Tabarro) pasten. Hij weet dat hun liefde verbleekt is. Michele verrast haar minnaar Luigi bij een beoogd rendez-vous van het liefdeskoppel en vermoordt hem. Wanneer Giorgetta verschijnt, opent Michele zijn mantel en onthult haar dode minnaar.
De Pools-Duitse dirigent Marek Janowski en de Dresdner Philharmonie presenteerden ‘Il Tabarro’ op 8 en 10 maart 2019 in combinatie met ‘Cavalleria Rusticana’ in het Kulturpalast van Dresden. ‘Cavalleria Rusticana’ verscheen al in april 2020 bij het CD-label Pentatone op CD en nu is ‘Il Tabarro’ uitgebracht. In de drie hoofdrollen vindt men dezelfde Amerikaanse zangers als in ‘Cavalleria Rusticana’. De sopraan Melody Moore is een romige Giorgetta met een egale, maar ook enigszins eenkleurige stem. De tenor Brian Jagde heeft in het borstregister een fraai breed geluid ook al klinkt de hoogte op CD scherp. De bariton Lester Lynch heeft een grote en kernachtige stem, maar zijn zang bevat continu spanning en zijn fraseringen zijn stijf. De bijrol van Talpa wordt gezongen door de Nederlandse bas Martin-Jan Nijhof, die verbonden is aan de Semperoper.
De Dresdner Philharmonie biedt attente begeleiding onder leiding van Janowski, maar ‘Il Tabarro’ moet het niet hebben van het orkest en de dirigent, maar van zangers met persoonlijkheid. Daarvoor zijn betere opnamen te vinden (RCA/Decca).
Pentatone PTC 5186 773 (1CD)