24-03-2020

De Nederlandse sopraan Charlotte Margiono werd op 24 maart 1955 als Charlotte Heinemann in Amsterdam geboren.

Charlotte Margiono studeerde zang aan het Arnhems Conservatorium bij Aafje Heynis en was in 1982 en 1983 lid van de Opera-Studio van De Nederlandsche Operastichting (DNO). Zij maakte op 24 maart 1983 bij DNO haar professionele operadebuut als Kate Pinkerton in de opera ‘Madama Butterfly’ van Puccini. Op 28 mei 1983 maakte zij haar debuut in het Holland Festival in ‘Der Schuhu und die fliegende Prinzessin’ van Udo Zimmermann. In datzelfde seizoen zong zij bij DNO de rol van Marie in ‘Die verkaufte Braut’ van Smetana.

Charlotte Margiono werkte op 23 september 1986 bij DNO mee aan de wereldpremière van de opera ‘Ithaka’ van Otto Ketting. Verder zong zij bij DNO onder andere in 1989 Amelia in ‘Simon Boccanegra’ van Verdi, in 2000 Eva in ‘Die Meistersinger von Nürnberg’, in 2002 Elsa in ‘Lohengrin’ en in 2004 en 2005 Sieglinde in ‘Die Walküre’ van Wagner, in 1990 Fiodiligi in ‘Così fan tutte’,in 1993, 1994 en 2001 de Contessa in ‘Le Nozze di Figaro’, in 2002 Vitellia in ‘La Clemenza di Tito’ en in 2002, 2006 en 2007 Elvira in ‘Don Giovanni’ van Mozart en in 2003 Leonore in ‘Fidelio’ van Beethoven.

Bij Opera Forum maakte Charlotte Margiono in 1986 haar debuut in de titelrol van ‘Manon Lescaut’ van Puccini en zong bij dit gezelschap in 1990/1991 nog Agathe in ‘Der Freischütz’.

Haar internationale doorbraak kwam voor Charlotte Margiono in 1988 als Vitellia tijdens het muziekfestival van Aix-en-Provence, waar zij in 1990 nog als Erste Dame in ‘Die Zauberflöte’ van Mozart en in 1991 als de Contessa in ‘Le Nozze di Figaro’ zou optreden. Hiervoor had zij in 1985 gezongen bij de Komische Oper Berlin als Marie in ‘Die verkaufte Braut’, in 1988 in dezelfde rol in Zürich en in dat jaar nog als de Contessa in Bern. In 1990 zong zij de Contessa in de Hamburger Staatsoper, waar zij in 1996 als Contessa terugkeerde en in 1999 Agathe vertolkte. Als Vitellia gasteerde zij in 1990 bij de Festspiele van Göttingen en in 1991 bij de Salzburger Festspiele. Bij de Wiener Staatsoper maakte zij op 1 juni 1991 haar debuut als Fiordiligi en keerde zij in 1994 terug voor drie optredens als de Contessa. Tijdens de Proms in Londen zong zij in 1995 de ‘Vier letzte Lieder’ van Richard Strauss. In dat jaar gasteerde zij tijdens het Maggio Musicale Fiorentino als Agathe. Op 17 mei 2001 maakte zij haar debuut bij het Glyndebourne Festival als Leonore in ‘Fidelio’

Discografie:
Beethoven – ‘Fidelio’ (Leonore) – Teldec/Telarc
Beethoven – Symfonie Nr. 9 – Teldec/Telarc
Beethoven – ‘Missa Solemnis’ – DGG
Beethoven – ‘Mis in C-groot’ – DGG
Brahms – ‘Ein deutsches Requiem’ – Philips
Alma Mahler-Werfel – Lieder – Globe
Mozart – ‘Don Giovanni’ (Donna Elvira) – DGG
Mozart – ‘Così Fan Tutte (Fiordiligi) – Teldec/Telarc
Mozart – ‘La Finta Giardiniera’ (Arminda) – Teldec/Telarc
Mozart – Aria’s – Teldec/Telarc
Schubert – ‘Alfonso und Estrella’ – Teldec/Telarc
Smetana – ‘Die verkaufte Braut’ (Marie, hoogtepunten) – Eterna
Richard Strauss – Lieder – Nightingale/Koch
Zemlinsky – ‘Waldgespräch’ – Globe

Kijk op YouTube