© Ronald Rijntjes
Stijlvolle ‘Jevgeni Onegin’ van Stanislavski Opera
De Stanislavski Opera uit Moskou toont in het kader van het ‘Nederland-Rusland jaar 2013 haar productie van ‘Jevgeni Onegin’ in het Koninklijk Theater Carré van Amsterdam. De enscenering is stijlvol en de zangers zijn prachtig. Maar waar was het Nederlandse operapubliek?
In het kader van het ‘Nederland-Rusland jaar 2013’ worden er dit jaar in Nederland en Rusland diverse evenementen georganiseerd om de politieke, maatschappelijke, economische en culturele aspecten van beide landen aan elkaar te laten zien. De Stanislavski Opera uit Moskou was daarom naar Nederland uitgenodigd om de opera ‘Jevgeni Onegin’ van Piotr Tsjaikovski (1840 – 1893) te spelen in het Koninklijk Theater Carré van Amsterdam. Het gezelschap bestaat sinds 1941 en kwam voort uit het operagezelschap, dat de regisseur Stanislavski in 1919 oprichtte. In 2009 voerde de Russische groep bij de Rotterdamse Operadagen nog ‘Madama Butterfly’ op in een uitverkocht Luxor Theater.
Voor de opera ‘Jevgeni Onegin’ bracht Tchaikovsky het originele verhaal van Poesjkin terug tot een puur romantisch relaas met als belangrijkste boodschap, dat men moet leren leven met oude fouten. Het is een hartverwarmende opera, die geen fratsen nodig heeft, zoals de enscenering van De Nederlandse Opera in 2011, die niets te maken had met Tchaikovsky of Poesjkin. Voor de Russen toont zowel het gedicht als de opera ‘Jevgeni Onegin’ het Russische innerlijk. Het gedicht en de opera hebben hun eenvoud gemeen en deze romantische eenvoud is precies wat regisseur Alexander Titel bij de Stanislavski Opera laat zien. De productie is een voorbeeld van de nieuwe, gestyleerde, Russische regie. De enscenering is stijlvol met een fraai decor en mooie kostuums en er zijn innemende details en subtiele grapjes. Zo komt de garderobe van het bal letterlijk uit te lucht vallen en als alle jassen en hoeden hangen, wordt het garderoberek weer in de toneeltoren gehesen. En tijdens een winters tafereel loopt een jongetje rond met een echte hond in een karretje. Alleen in de beginscène krijgen de zangers helaas te weinig speelruimte op een loopbrug.
‘Jevgeni Onegin’ werd voor het eerst opgevoerd in 1879 door studenten van het conservatorium van Moskou en de zangpartijen zijn dan ook niet erg veeleisend. De jonge zangers van de Stanislavski Opera zijn allen lid van het vaste Stanislavski ensemble en hebben prachtig lyrische stemmen. Allen bezitten de frisheid van de jeugd. Natalia Petrozhitskaya heeft een mooie sopraan voor Tatjana met een gepeperde hoogte. Nazhmiddin Mavlyanov steelt de show in de droevige aria van Lensky met zijn elegante tenor en de bas Roman Ulybin heeft stijl, grootte en vuur als Gremlin. De bariton Dmitry Zuev als Onegin zingt met warmte, maar kan nog meer hartstocht geven. Larisa Andreeva als Olga, Veronika Vyatkina als Filippyevna, Irina Vashchenko als Larina en Chingis Ayusheev als Triquet ondersteunen uitstekend. Dirigent Felix Korobov toont zich attent en betrokken bij met name de muziek, niet zozeer bij het drama.
Anders dan tijdens de uitverkochte ‘Madama Butterfly’ in Rotterdam in 2009 was bij deze ‘Jevgeni Onegin’ in het Koninklijk Theater Carré de zaal slechts halfvol. Het is onbegrijpelijk dat het operapubliek voor deze voorstelling niet was komen opdagen. Het is te hopen dat de Stanislavski Opera ondanks deze zwakke opkomst toch weer terugkomt naar Nederland.