***** De Nederlandse dirigent en componist Richard Hageman schreef naast kamermuziek, twee oratoria, een opera en filmmuziek ook nog 69 liederen. Voor het eerst is nu een CD verschenen integraal gewijd aan liederen van deze Friese componist.
De Nederlandse dirigent en componist Richard Hageman (1881-1966) werd geboren in Leeuwarden en dirigeerde al in 1900 bij de Nederlandsche Opera. Hij bracht daarna nog korte tijd door in Parijs als begeleider in de zangstudio van Mathilde Marchesi en vergezelde de Franse cabaretière Yvette Guilbert eind 1905 voor een tournee naar Amerika.
In de Verenigde Staten bouwde Hageman al snel een naam op. Zo debuteerde hij op 24 november 1908 bij de Metropolitan Opera van New York als dirigent van de opera ‘Faust’ met niemand minder dan Enrico Caruso in de titelrol en Geraldine Farrar als Marguerite. Bij de Met zou Hageman tot en met 1937 blijven dirigeren. Aan het einde van zijn Met-loopbaan beleefde zijn eigen opera ‘Caponsacchi’ zelfs nog zijn Amerikaanse debuut met in de hoofdrollen de bariton Lawrence Tibbett – die tijdens de repetities per ongeluk een koorzanger neerstak, die later overleed – en de sopraan Helen Jepson.
Na zijn carrière aan de Met kwam Hageman in de filmindustrie terecht. Hij componeerde muziek voor zestien films, waaronder zeven films van de befaamde regisseur John Ford. Hageman werd voor zes Oscars genomineerd en hij deelde uiteindelijk een Oscar voor de muziek van de film ‘Stagecoach’ (1939).
De Zuid-Afrikaanse pianist Nico de Villiers was in 2015 co-auteur van het boek ‘Making the Tailcoats Fit; The Life and Music of Richard Hageman’ en heeft nu met de Australische sopraan Siobhan Stagg de CD ‘Voices’. Het is het eerste album dat integraal gewijd is aan de Friese componist. Het bevat 25 van diens 69 liederen en 19 beleven op de CD hun opnamepremière.
De liederen zijn op de CD verzameld in zes groepen. Het album opent met de Franstalige ‘Trois chansons françaises’, twee strofische liederen uit 1960 en één uit 1921. In “Ton coeur est un tombeau” komt Duparc om de hoek kijken, in “Nocturne” hoort men Debussy. Dan de rijk lyrische ‘Five Robert Nathan Songs’. Hiervan is “So Love Returns” uit 1960 opgedragen aan Nan Merriman en “Fear Not The Night” uit 1944 aan Lotte Lehmann. Luister ook naar het indrukwekkende “Is it you?” (1951) met zijn meerdere lagen in de pianobegeleiding en de dynamische toonweergave. Vervolgens de Duitstalige ‘Vier deutsche Gedichte’, alle uit 1958 en daarna de vier liederen van ‘Of Fables And Fantasy’ daterend van de periode tussen 1934 en 1955.
De eerste liederen van Hageman ontstonden al in 1917. Zo laten de drie liederen uit ‘The Gardener’ horen hoe creatief Hageman toen reeds was. Luister naar de verrukkelijke pianopartij van “May night”. “Do not go, my love” – ook uit 1917 – is Hagemans bekendste lied, opgedragen aan de Amerikaanse tenor George Hamlin en al opgenomen door onder anderen Roberta Alexander, Rose Bampton, Dino Borgioli, Thomas Hampson, Kiri Te Kanawa, Lauritz Melchior en Zinka Milanov. Het speelse “At the Well” uit 1919 is opgedragen aan de Amerikaanse sopraan Amparito Farrar en bezit verrassende, eigenzinnige wentelingen. Ten slotte de zes liederen ‘Of Hope And Memory’ met het prachtig overdenkende “Charity” uit 1921 op tekst van Emily Dickinson, opgedragen aan Frances Alda en nog het charmante titellied “Voices” uit 1943.
Richard Hageman noemde zichzelf “geen kampioen van de ultramoderne school”. Zijn liederen steunen op traditie en zijn behoudend, maar toch bezitten zij originaliteit. Zij hebben een post-romantisch klankidioom en een bijzondere, muzikale nostalgie. De virtuoze pianist Nico de Villiers en de prachtig lyrische en expressieve sopraan Siobhan Stagg zijn goede pleitbezorgers voor de liederen. Dit album is een belangrijk uitgave om het liedrepertoire van Hageman te presenteren aan een groter publiek en is hopelijk een opzet tot een wederopleving van zijn rijke oeuvre.
Richard Hageman – Voices – Aliud ACD OE 125-2