23-10-2017

De Nationale Opera dient zich voor het eerst in 25 jaar weer toe te leggen op de ontwikkeling van talent.

De Raad voor Cultuur stelde als voorwaarde voor het toekennen van een subsidiebedrag van bijna 25 miljoen euro aan De Nationale Opera (DNO), dat het gezelschap met een uitgewerkt plan voor talentontwikkeling bij het instituut zelf en de coördinatie van talentontwikkeling in Nederland zou komen. De Raad voor Cultuur vond het beleid voor ontwikkeling van talent bij DNO onvoldoende.

Derhalve introduceert DNO nu De Nationale Opera Studio. Per 1 september 2018 start dit young artists programma – een twee jaar durend trainee-traject dat open staat voor zes afgestudeerde zanger(essen) die zich verder willen specialiseren in het operavak. In het traject is ook plaats voor een repetitor-in-opleiding, die opgeleid wordt tot coach en begeleider.

De Nationale Opera Studio is een initiatief van DNO, in samenwerking met de Nederlandse Reisopera en Opera Zuid. Artistiek leider van De Nationale Opera Studio is Rosemary Joshua. Zij werd in juli 2014 benoemd tot artistiek leider van de Dutch National Opera Academy (DNOA), maar stopte hiermee reeds in april 2015.

De deelnemers aan de De Nationale Opera Studio zullen veelal zangers uit het buitenland zijn, aangezien zij geld meebrengen in de vorm van een beurs. Nederlands talent zal men bij de Nationale Opera Studio derhalve waarschijnlijk niet vinden. De tijden van de ontwikkeling van Nederlands talent, zoals in de Opera Studio van het pre-Audi-DNO-tijdperk – waar Nederlandse zangers als onder anderen Cristina Deutekom, Maria van Dongen, Adriaan van Limpt, Charlotte Margiono, Nelly Morpurgo, Thea van der Putten, Jennie Veeninga en Lieuwe Visser zijn opgeleid – zijn helaas voorgoed voorbij.

Lees in Alkmaars Dagblad