25-09-2015
De sopraan Gerda Lammers werd op 25 september 1915 in Berlijn geboren.
Gerda Lammers studeerde in Berlijn bij Lula Mysz-Gmeiner en Margaret Schwedler-Lohmann en debuteerde in 1939 als concertzangeres. In de vijftien jaren daarna was Gerda Lammers uitsluitend werkzaam als oratorium- en liedzangeres.
Pas in 1955 maakte zij haar operadebuut. In Bayreuth zong zij van 1955 tot en met 1957 de rol van Ortlinde in ‘Die Walküre’. Ook in 1955 werd zij geëngageerd als ensemblelid door het Staatstheater van Kassel met als debuutrol Marie in ‘Wozzeck’ van Alban Berg. Zij zou in Kassel tot 1969 blijven zingen en groeide daar uit tot hoogdramatische zangeres.
Gerda Lammers maakte in 1957 haar debuut in de Royal Opera House Covent Garden van Londen in de titelrol van ‘Elektra’ als invalster voor de zieke Christel Goltz. In 1959 zong Gerda Lammers in Covent Garden de rol van Kundry in ‘Parsifal’. Als Elektra trad zij tussen 1960 en 1967 op in de Wiener Staatsoper en met deze rol maakte zij haar debuut in de Metropolitan Opera van New York in 1962, in de Bayerische Staatsoper van München in 1964 en in de Deutsche Oper van Berlijn in 1965. Zij zong de rol van Isolde in Monte Carlo in 1961 en in Staatsburg in 1962.
Haar overige rollen waren ander andere Senta in ‘Der fliegende Holländer’, Brünnhilde in ‘Der Ring des Nibelungen’, Venus in ‘Tannhäuser’, Ortrud in ‘Lohengrin’, de titelrollen in ‘Medea’ van Cherubini, ‘Rodelinda’ van Händel en ‘Ariadne auf Naxos’ van Richard Strauss, Die Färberin in ‘Die Frau ohne Schatten’ van Richard Strauss, Leonore in ‘Fidelio’ en Marta in ‘Tiefland’ van D’Albert.
Gerda Lammers overleed op 28 januari 1993 in Kassel. Haar stem is vastgelegd op opnamen van onder andere de liederencyclus ‘Das Marienleben’ van Paul Hindemith door de uitgever Bärenreiter.
Kijk op YouTube