© Marco Borggreve
Onnodige reprise ‘Idomeneo’ bij DNO
Er was weinig bijgebleven van de onbenullige ‘Idomeneo’ van De Nederlandse Opera uit 2004, wellicht omdat de menselijke geest de neiging heeft om onaangename ervaringen en gebeurtenissen uit ons geheugen te wissen. Maar opfrissen van ons geheugen, zoals DNO dat doet met een reprise van deze ‘Idomeneo’, is onnodig.
Het is dit jaar 230 jaar geleden, dat de opera ‘Idomeneo’ van Wolfgang Amadeus Mozart (1756 –1791) haar wereldpremière beleefde in München. In Nederland is het werk nooit erg populair geweest. De opera werd tussen 1973 en 1983 drie seizoenen in een enscenering van de Italiaanse regisseur Filippo Sanjust gespeeld en in het Holland Festival van 1991 ging een productie van de Duitser Peter Mussbach. In 2004 bracht De Nederlandse Opera (DNO) de co-productie van Baden Baden en Salzburg uit 2000 van regisseur Karl-Ernst Herrmann (Neukirch, 1936) met zijn vrouw Ursel en deze enscenering wordt nu door DNO hernomen.
Was hun ‘Giulio Cesare’ nog fris en elegant, deze ‘Idomeneo’ van de Herrmannetjes is ronduit saai. Het decor is – net als in hun ‘Giulio Cesare’ – een onderkoelde en vrijblijvende, witte toneeldoos, zoals tegenwoordig standaard lijkt te zijn in opera’s. De zangers moeten doelloos lange afstanden lopen en veel overbodig heen en weer hollen over een gevaarlijke passerelle. En er is veel flauwekul en Duitse theatertrash. De kostuums zijn belachelijk en de pruiken nogal vreemd. Idomeneo loopt in een strandpyjama, Ilia is gekleed als een melkmeisje en Elettra draagt een avondjurkje. Het regisseursechtpaar weet weinig te beginnen met de verfijndheid van ‘Idomeneo’ en ook de zangers kunnen weinig met al deze gevoelloosheid. Michael Schade is wisselvallig als Idomeneo, Judith van Wanroij zingt een verveelde Ilia en Stéphanie d’Oustrac mist de lange lijnen van Idamante. Alleen Susan Gritton maakt stimmlich indruk als de neurotische Elettra. Dirigent John Nelson en het Nederlands Kamerorkest nemen slepende tempi in de recitatieven, waardoor de kracht, het dynamische bereik en de expressie van de muziek helaas niet goed uit de verf komen. Ook het Koor van de Nederlandse Opera klinkt rommelig, maar door de onbenullige danspasjes in de regie is daar weinig anders van te verwachten.
In deze ‘Idomeneo’ duurt het gedeelte voor de pauze – de eerste twee akten – bijna twee uur en dat is in deze saaie enscenering werkelijk te lang. Het verzoek om twee pauzes in een drieakter wordt door DNO jammer genoeg al jaren in de wind geslagen. Tenslotte nog een waarschuwing. Driekwart van de bühne is vanaf de zijkanten – ook vanaf de plaatsen van 112 euro – niet te zien. Dus kijk goed uit waar u uw geld aan uitgeeft!