oktober 2009
Einhard Luther – ‘Max Lorenz; Keiner wie er’
Op 4 augustus 2009 werd in Bayreuth de biografie ‘Max Lorenz; Keiner wie er’ van Einhard Luther gepresenteerd. Luther ontmoette Lorenz in 1950 en sprak de heldentenor daarna frequent. Naar aanleiding van zijn gesprekken met hem en een aantal collega’s van Lorenz, construeerde Luther deze biografie.
Max Lorenz was één van de grootste Heldentenoren van de vorige eeuw. Als homoseksueel met een joodse echtgenote zou hij in nazi Duitsland deportatie onder ogen hebben moeten zien als hij niet de favoriete tenor en symbool van zijn tijd was geweest en beschermd werd door Hitler en Göring. Op 4 augustus van dit jaar werd de nieuwe biografie ‘Max Lorenz; Keiner wie er’ van Einhard Luther in Bayreuth gepresenteerd. Luther schreef eerder al standaardwerken over heldentenoren, zoals ‘So singe, Held’ (1998) en ‘Helden an geweihtem Ort’ (2002). Hij ontmoette Lorenz in 1950 en had daarna vaak gesprekken met hem en collega’s van Lorenz. Luther heeft een tweedeling gemaakt in de biografie. De eerste helft is een opsomming van optredens met anekdotes en de tweede helft bestaat uit citaten over Lorenz in andere biografieën en zijn relatie tot andere heldentenoren.
Lorenz trouwde in 1932 met zijn joodse zakenbehartiger Lotte. Ook tijdens de oorlogsjaren week hij niet van haar zijde. In 1938 werd zij door de Nazi’s gearresteerd, maar door heldhaftig optreden van Lorenz werd de arrestatie echter niet doorgezet. In ‘Keiner wie er’ insinueert Luther dat de dirigent Herbert von Karajan een hand zou hebben gehad in haar arrestatie, maar dit wordt door Luther niet onderbouwd. Lorenz zou later tijdens voorstellingen nog gehint hebben over het incident naar de dirigent. Na de oorlog meed Von Karajan de samenwerking met de tenor; In Wenen zong Lorenz onder dirigent Karl Böhm wel diverse rollen, maar onder Von Karajan niet.
Ook de homoseksualiteit van Lorenz komt aan bod. De tenor Erich Zimmermann vertelde Luther, dat Lorenz in flagranti met een repetitor in de garderobe was ontdekt en opgepakt. De beambte vroeg hem “Ist dir Jude nicht gefährlich genug?” (= “is het hebben van een joodse vrouw niet gevaarlijk genoeg?”). Luther schrijft het voorval toe aan het jaar 1934, terwijl in de documentaire ‘Max Lorenz: Wagner’s Meistersinger, Hitler’s Siegfried’ het jaar 1937 wordt genoemd, wat aannemelijker is.
Luther beschrijft ook de intriges van Friedelind Wagner, die in 1935 bij Lorenz aandringt zijn joodse vrouw Lotte te verstoten om volgens haarzelf een “echte man” van hem te maken. Friedelind zou volgens Luther ook hebben getuigd tegen Germaine Lubin, nadat deze sopraan een joodse repetitor had behoed voor het concentratiekamp en daarvoor voor vijf jaar uit Parijs werd verbannen. Friedelind Wagner had ook samen met bariton Herbert Janssen in 1947 het Bayreuth ensemble in New York uitgenodigd. Daar werd Lorenz echter door de gastheer en –vrouw genegeerd, waarop Lorenz volgens Luther foto’s van Janssen in SS-uniform toonde. Helaas vertelt Luther niet erbij, dat Janssen in 1937 lid was geworden van de Nazi partij, maar een jaar later vanwege zijn homoseksualiteit uit Duitsland vluchtte.
Voor zover bekend was tot nu toe het boek ‘Max Lorenz’ van Walter Herrmann de enige biografie over de heldentenor. Dit bescheiden 50 pagina’s tellend boekje uit 1976 wordt al lang niet meer aangeboden en biedt geen volledig beeld van Lorenz. Daarom is deze nieuwe biografie ‘Max Lorenz, Keiner wie er’ een welkome uitgave. Het probleem met ‘Keiner wie er’ is echter dat er nauwelijks bronvermelding is. Ook is het jammer dat het boek geen lijstjes met optredens, repertoire en opnamen bevat. Toch is het boek de moeite waard al is het alleen al door de ontelbare foto’s.
augustus 2009; € 17,80
ISBN 978-3-86805-409-5
191pp, Paperback
Pro BUSINESS, Berlijn