21-04-2017

De Amerikaanse bariton Leonard Warren werd op 21 april 1911 geboren en zijn carrière was voornamelijk gewijd aan de grote Italiaanse bariton-partijen. Maar hij zong ook andere rollen…

Leonard Warren zong gedurende zijn 20-jarige carrière in de Metropolitan Opera van New York de titelrol van ‘Rigoletto’ 89 keer en Germont in ‘La Traviata’ 53 keer. Verder vertolkte hij de titelrollen ‘Macbeth’ en ‘Simon Boccanegra’ en rollen in ‘Un Ballo in Maschera’, ‘Il Trovatore’, ‘Aida’, ‘Falstaff’ en ‘Otello’.

Maar Warren zong tijdens zijn loopbaan ook niet-Italiaanse rollen. Zo was hij in de Met te bewonderen als Shchelkalov in ‘Boris Godoenov’ van Moessorgsky 17 keer tussen 1939 en 1944; de Heerrufer in ‘Lohengrin’ 22 keer tussen 1940 en 1943; Valentin in ‘Faust’ 22 keer tussen 1939 en 1951; de Hoge Priester in ‘Alceste’ van Gluck 4 keer in 1941; Escamillo in ‘Carmen’ 22 keer tussen 1940 en 1944 en de Hoge Priester in ‘Samson et Dalila’ 4 keer in 1941 en 1942.

Warren overleed op 4 maart 1960 op het toneel van de Met tijdens een opvoering van ‘La Forza del Destino’ met Renata Tebaldi. Hij had net de aria van Don Carlo “Morir, tremenda cosa” in de derde akte gezongen, waarna hij werd getroffen door een hersenbloeding. Hij was slechts 48 jaar.

Lees in Operawire