© Enrico Nawrath

Bravo en boegeroep besluiten Bayreuth

De 2009 première van ‘Der Ring des Nibelungen’ in Bayreuth werd afgesloten door een degelijke ‘Götterdämmerung’. De “Bühnenfestspiel” van drie avonden met een vooravond had veel gevergd van de lange-termijn-concentratie van haar bezoekers, die na afloop met een aanvechtbare mixtuur van bravo’s en boegeroep de medewerkers begroetten.

‘Götterdämmerung’ (1876) is de langste, moeilijkste en gewichtigste van de vier Ring opera’s van Richard Wagner (1813 – 1883), waarin de “Leitmotieven” van de vorige drie delen nog eens in verschillende hoedanigheden de revue passeren. De opera speelt zich af in de wereld van de mensen waaruit Wotan zich heeft teruggetrokken. Het verhaal gaat terug naar de ring: in ‘Götterdämmerung’ is het van belang wie wanneer de ring in zijn bezit heeft.

De enscenering van regisseur Tankred Dorst (1925, Türingen) is ook in ‘Götterdämmerung’ dramatisch en scenisch niet erg sterk, maar wel duidelijker. Het speelt zich af tijdens het decadente fin de siècle aan de vooravond van zijn ondergang. Daarmee wil Dorst het labyrint van oneindigheid tonen en een voor Bayreuth gevoelige parallel met het fascisme van Nazi-Duitsland maken. Het Gibichungenhof is een luxueus gezelschap van gasten waaronder koning Ludwig II en de Russische revolutionair Mikhail Bakunin. Zoals zo vaak in ‘Götterdämmerung’ detoneren Brünnhilde en Siegfried in zo’n setting en dat is een sterk uitgangspunt voor een geloofwaardige opvoering. Opnieuw storend in de productie zijn de lange, rumoerige scènewisselingen met gesloten doek. Het boegeroep voor Dorst na afloop was spaarzaam mogelijk vanwege de zwakke verschijning van de 81-jarige regisseur.

Hans-Peter König is ideaal als de machtige en hatende Hagen en hij overheerst in elke scène met zijn diepe resonansen. Zoals te verwachten is de enorm krachtige middenstem van Linda Watson voor deze langste van de drie Ring-Brünnhildes beter geschikt. Hier is zij ongelooflijk ontroerend in de grote, lyrische passages en is haar majestueuze verschijning prachtig. Christian Franz is een rijpe Siegfried met meer zelfvertrouwen. Hij forceert zijn krachtige tenor niet in de hoogte, ook niet bij de testcase “Hei! Siegfried gehört nun den Nibelungen Hort!” in de derde akte, ook al had hij dit met meer legato mogen benaderden. Het boegeroep voor hem na afloop was onterecht. Bayreuths upcoming sopraan Edith Haller zingt na de Freia in ‘Das Rheingold’ hier de dubbelrol van Derde Norn en Hagens halfzuster Gutrune met volle, ronde sopraan. Volgend jaar neemt ze de rol van Sieglinde over van Eva-Maria Westbroek. Christa Mayer is gepassioneerd in de sleutelrol van Brünnhilde’s zuster Waltraute.

Het mannenkoor met Nazi kapsel zingt subliem in de ‘Meistersinger’-achtige scènes van de tweede akte, ook al weet Dorst niet goed om te gaan met zoveel mensen tegelijk. Ook het Festspielorchester bestaande uit musici van de beste orkesten van Duitsland en met name de koperblazers verdienen een eervolle vermelding. Dirigent Christian Thielemann is ook in ‘Götterdämmerung’ vaak rechtlijnig maar gecontroleerd en doorschijnend en hij toont zich opnieuw een uitstekend begeleider.

Aan het slot van de ‘Götterdämmerung’ is de ring weer terug bij de rechtmatige eigenaressen en is er na een uitputtende 15 uur verspreid over zes dagen een einde gekomen aan ‘Der Ring des Nibelungen’. Het heeft veel gevergd van de lange termijn concentratie van haar bezoekers die dan ook, afgezien van het genoemde boegeroep, de medewerkers aan het einde voornamelijk met bravo’s begroetten. De cyclus staat in augustus nog twee maal op het programma. Voor volgend jaar is een nieuwe enscenering van ‘Lohengrin’ aangekondigd van regisseur Hans Neuenfels onder muzikale leiding van de 30-jarige dirigent Andris Nelsons, die daarmee allebei hun Bayreuth-debuut zullen maken.