© Monika Rittershaus

Frank van Aken redt ‘Otello’ in Frankfurt

De spankracht van Frank van Aken in de titelrol van ‘Otello’ is enorm gegroeid sinds zijn debuut vorig jaar in Graz. In de nieuwe enscenering van ‘Otello’ in Frankfurt zijn de overige bijdragen echter geen verbetering in vergelijking met de productie in Graz.

De Nederlandse heldentenor Frank van Aken tastte tijdens zijn debuut in Graz vorig jaar al af wat mogelijk was in de moorddadige partij van Otello en hoeveel kracht hij al in de eerste akten kon afvuren. Na 13 voorstellingen in Graz laat hij in de nieuwe enscenering van Verdi’s ‘Otello’ in Frankfurt horen hoe hij gegroeid is in de rol van de jaloerse echtgenoot. Zijn vertolking heeft aan intensiteit enorm gewonnen. Van Aken zingt de heroïsche hoogtepunten – zoals het “Esultate” en “Ora e per sempre” – met langere lijnen en bogen, de grote passages – zoals “Dio! mi potevi” en “Niun mi tema” – nog expressiever en de duetten met zijn vrouw Desdemona – “Già nella notte densa” en “Dio ti giocondi” – lyrischer en gepassioneerd. Zijn stralende heldentenor maakt indruk door de uitdrukkingskracht en verstaanbaarheid. Van Aken toont in Frankfurt, dat hij binnen korte tijd de partij van Otello tot één van zijn glansrollen heeft weten te maken.

De enscenering van de Duitse regisseur Johannes Erath is typisch, Duits regietheater met veel onduidelijke en veelduidige elementen. Voor alle vier akten is er een kaal, zwart eenheidsdecor met banale – en in opera inmiddels traditioneel geworden – stoelen. De schijnwerpers en overige belichting zijn volop zichtbaar en de foeilelijke en goedkoop ogende kostuums bestaan uit bruidskleding met soldatenlaarzen, ondergoed en militaire outfits, die in opera tegenwoordig bijna synoniem zijn voor hedendaags. Otello is geen moor, maar is blank en wordt bijgestaan door een overbodige, zwarte figurant als dubbelganger, die de gehele vierde akte overigens plat op zijn buik moet liggen. Otello lijkt een zakenman en de gebeurtenissen schijnen – mogelijk ten gevolge van posttraumatische stress stoornis – in zijn hoofd af te spelen. Om onduidelijke redenen ligt Desdemona in de tweede akte in een graf, haar zakdoekje gaat van persoon naar persoon en een onschuldige Bambi aanschouwt de gebeurtenissen. En tenslotte verlaat Iago aan het einde levend het toneel. De regie van Erath wil vragen opwerpen en de bezoeker laten nadenken, maar die bezoeker kan van deze ‘Otello’ pas genieten als hij zich juist niet teveel gaat afvragen en laat afleiden. Veelzeggend was dan ook het achterwege blijven van applaus tussen de eerste en de tweede akte en tussen de derde en de vierde.

De Zuid Afrikaanse sopraan Elza van den Heever maakt in Frankfurt haar roldebuut als Desdemona. Zij zingt met grote, dramatische stem, die een onrustig vibrato laat horen in het piano. Het is niet de stem die Verdi voor ogen leek te hebben en die de Israëlische sopraan Gal James in Graz zo fantastisch wist te treffen. De Italiaanse bariton Marco di Felice is Iago en zong al veel Verdi, zoals in ‘Un Ballo in Maschera’ in de Met, ‘La Forza del Destino’ in de Weense Staatsoper, ‘I due Foscari’ in de Scala en ‘Aida’ in de Arena van Verona. Hij heeft een flinke “peng” in zijn stem, maar zingt zonder veel dynamische nuances een niet-demonische Iago. In de kleinere rollen valt Thorsten Grümbel op als Lodovico met een fraaie bas vol resonansen. Het koor van de Oper Frankfurt is met name in de eerste akte nogal ongelijk, waarschijnlijk omdat de koorleden in de drukke regie de dirigent niet goed kunnen zien. Dirigent Sebastian Weigle – Generalmusikdirektor van de Oper Frankfurt – en het Frankfurter Opern- und Museumsorchester zetten ‘Otello’ groots en dramatisch aan en spelen ook mooi in de lyrische passages. Weigle begeleidt de zangers goed, blijft altijd zakelijk en is nergens emotioneel.

De ‘Otello’ in Frankfurt is typisch, Duits regietheater voor de toeschouwer, die graag vragen stelt, overdenkt en niet meegesleept wenst te worden door de muziek. Een meer hartroerende productie had men Frank van Aken voor zijn tweede Otello-reeks toch wel toegewenst.