© Annemie Augustijns

‘Così fan tutte’ bij de Vlaamse Opera: deden ze het allemaal maar zo

De Vlaamse Opera (VO) brengt een herneming van ‘Così fan tutte’ van Wolfgang Amadeus Mozart (1756 – 1791). Deze vermakelijke enscenering is voor de derde en waarschijnlijk laatste keer bij VO te zien met deze keer uitstekende, jonge zangers.

De première van ‘Così fan tutte’ in 1790 te Wenen onder leiding van de componist was een groot succes. De opera was een opdracht van keizer Josef II en het libretto en het oorspronkelijke verhaal waren van de hand van Lorenzo da Ponte met de betiteling “komedie op muziek”. Er zijn authentieke afschriften die herziene versies van het werk door Mozart tonen. Vernieuwend was Mozart hier in de bijzondere opeenvolging van vocale en instrumentale reeksen en opvallend ook is het naast elkaar plaatsen van verschillende, vocale typen en groepen in de duetten en ensembles. Toch is in deze delen nauwelijks differentie wat betreft de muzikale individualiteit van de personages. ‘Così fan tutte’ is een verhaal van bedrog, vermomming en samenzwering en het interessante zit hem in de psychologische stappen van de personages naar het voorspelbare einde. Waarschijnlijk werd in verband met deze thema’s de opera na de dood van Mozart nauwelijks nog gespeeld, maar componisten en dirigenten als Mahler en Strauss herstelden het werk aan het begin van de vorige eeuw in ere.

De Vlaamse Opera brengt de reprise van de enscenering van Guy Joosten (1963, Antwerpen) uit 1997. Joosten deed zijn eerste opera in 1991 aan de Vlaamse Opera met ‘La Cenerentola’ van Rossini en zijn carrière bracht hem zelfs aan de Metropolitan Opera van New York. ‘Così fan tutte’ is onderdeel van de Da Ponte cyclus, die Joosten voor de Vlaamse Opera vervaardigde tussen 1994 en 1997. De voorstelling speelt zich af in de lobby van een Italiaans hotel, waar de zeelui Gugliermo en Ferrando met hun geliefden verblijven. Joostens enscenering is uiterst onderhoudend en vermakelijk, psychologisch en diep persoonlijk en als krachtige komedie volmaakt geslaagd. Deden ze het allemaal maar zo…

Deze productie is een ensemblewerk met voortreffelijke, jonge zangers. Joosten heeft de hoofdrol daarin toebedeeld aan Despina, Alfonso’s listige handlanger. De Belgische sopraan Hendrickje Van Kerckhove is daardoor de ster van de voorstelling en als serveerster steelt zij de show à la Tineke Schouten. Tussen de chips en het vanilleijs door zingt zij alsof het haar tweede natuur is en ook vocaal en muzikaal stond het als een huis. De Russische tenor Alexey Kudrya is een belofte als de lyrische en gepassioneerde Ferrando, de Italiaan Riccardo Novaro als Gugliermo zingt fraai in de buffo-stijl en zijn landgenote Lucia Cirillo is een eenvoudige Dorabella. De Griekse sopraan Myrtò Papatanasiu als de moeilijkere en berouwende zus Fiordiligi zingt voorzichtig in seria-stijl met onnodige improvisaties adequate coloraturen.

Dirigent Attilio Cremonesi is een specialist in oude muziek en schildert met het Symfonisch Orkest van de Vlaamse Opera en een pianoforte fraaie kleuren. Zij demonstreren de grote verscheidenheid en rijkheid van orkestratie van Mozarts late opera. Cremonesi houdt de frasering strak en stijlvol in de hand, maar dirigeert gelukkig niet de recitatieven mee, zoals zijn leermeester René Jacobs deed.

Operaliefhebbers hebben op dit moment de keuze uit twee ensceneringen van ‘Così fan tutte’. Wie voor kwaliteit gaat zou moeten kiezen voor deze productie van VO. Want Guy Joosten is een toneelgangmaker en een theaterdier en we kijken uit naar zijn nieuwe productie van ‘Lucia di Lammermoor’ in de Munt Opera te Brussel volgende maand.