‘Tehillim’ onder toeluisterend oor van de maestro

Deze maand is de Amerikaanse componist Steve Reich “composer in residence” bij het NJO, het voormalige Nationaal Jeugd Orkest. In hun muziekzomer spelen de orkestleden van 2 tot en met 18 augustus 2013 in Gelderland bijna 20 werken van Reich en de componist zelf is overgekomen naar Nederland om de jonge musici te coachen.

Steve Reich (1936) is één van de meest belangrijke, nog levende, Amerikaanse componisten. Hij wordt vaak in één adem genoemd met de naam van de andere componist uit het minimalistische genre Philip Glass, maar terwijl Glass het zocht in de grote theatrale effecten, heeft de muziek van Reich zich inmiddels ontwikkeld tot een zachter en milder idioom. Eén van de meest interessante werken van Steve Reich, dat het NJO tijdens de muziekzomer speelt, is zijn ‘Tehillim’ (1981). De titel van het werk heeft betrekking op het Joodse psalmenboek en de compositie weerspiegelt de Joodse afkomst van Reich. Met de introductie van thema’s uit zijn Joodse afkomst en historische onderwerpen sloeg Reich in de jaren tachtig een zwaardere en meer betrokken weg in. Zo gebruikt hij in ‘Tehillim’ kortere teksten en niet de langere fragmenten van zijn vorige oeuvre. Ook is het gebruik van een werkelijk contrapunt en doeltreffende harmonieën in contrast met zijn eerdere, los gestructureerde werken. Tevens spelen melodieën een grotere rol. Door dit alles klinkt ‘Tehillim’ traditioneel – en minder radicaal dan Reichs andere werken – terwijl het tegelijkertijd nieuw is.

Het NJO Kamerorkest speelt ‘Tehillim’ tijdens vijf concerten in Gelderland in de versie voor kamerorkest met vier versterkte vrouwenstemmen. Het eerste deel psalm 19:2-5 gaat over de onthullingen van de Torah en is het langste deel. De sopraan Nora Fischer biedt hier fraaie solobijdragen aan het begin en het einde. De tweede psalm 34:13-15 – de lofzang aan G*d van een vluchtende Koning David – begint als duet tussen de mezzosopranen Marjolein Verburg – hier als lyrische sopraan – en Merlijn Runia. Zij zingen prachtige gelijkstemmige structuren en Runia maakt indruk met haar lastige, lage, vioolachtige partij. De hoge sopraan Claron McFadden – coach van de jonge zangers tijdens deze NJO muziekzomer – vult hier aan met indrukwekkende, non-vibrato hoge Cs. Voor haar is ook een hoofdrol weggelegd in het derde deel psalm 18:26-27, waarin David beschrijft, dat hij G*ds begeleidende hand voelde. Luisterrijk hier de hechte vierdelige, non-vibrato canons van de vrouwenstemmen. In het laatste deel 150:4-6 – de laatste psalm van het boek Tehillim – wordt een lijst met instrumenten opgenoemd, die het spectrum aan menselijke gevoelens weerspiegelt, die door muziek kunnen worden opgewerkt. Het is een samenvattende herhaling van het voorafgaande, inclusief sierlijke hoge Cis van Claron McFadden.

Het NJO kamerorkest speelt geconcentreerd in zijn rol van imiterend contrapunt. Een uitmuntend aandeel is er voor de gecompliceerde, in elkaar grijpende percussie van bekken, handgeklap, marimba, sambaballen, tamboerijn en vibrafoon. Dirigent Clark Rundell neemt snelle tempi, maar houdt het geheel goed bij elkaar. Steve Reich moet verguld zijn geweest met deze uitvoering van het NJO.